Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.
Spring is gekomen in GJ,de dagen worden weer langer en blad groeit opnieuw aan de bomen. Een nieuw seizoen met vele mogelijkheden en een hele hoop nieuwe mensen. Mvg Het team
personal info Leeftijd: 21 years I'm already on this world fighting the rest. Partner: So not, I'm love my freedom and will stay forever like that Paard: My dangerous Bloodhunter brings me where I need to go
Onderwerp: Re: [open]Stealing some food is really difficult do okt 02 2014, 00:15
Net zoals de andere dagen was het weer behoorlijk rustig, te rustig voor haar. Ze kon er niks aan doen maar ze verveelde zich rot. Ze wist dat ze op dit moment niets anders kon doen. De komende dagen moest ze hier bij het kasteel blijven. Ze zou nog liever terug gaan naar de snob dan dat ze hier langer bleef, maar dat was geen optie. Elke beweging die ze maakte werd in de gaten gehouden ook al wisten die mensen niet waarom. Het maakte haar niet al te veel uit zolang die mensen uit haar buurt bleven. Er was nog veel waarover ze moesten bijpraten, maar als de koning daar klaar voor zou zijn, dan zou hij haar wel laten halen. Ze mocht niet uit de omgeving van het kasteel gaan, maar wat kon ze hier in de omgeving doen? Het was een van die dagen dat er zo weinig te doen was omdat het al zo ver in het seizoen was. Ze wou iets te doen hebben en ze wist zeker dat het niet op prijs zou worden gesteld als ze bedienden ging pesten, niet dat ze daar notabene de kans voor zou krijgen. De bedienden zouden alleen al voor haar wegrennen wanneer ze haar harnas zouden zien. Zelfs al was ze hier voor een paar dagen, de bedienden waren totaal niet gewend aan haar kleur harnas en het feit dat ze haar helm niet af deed voegde ook nog meer wantrouwen toe. Het maakte haar niet uit, die blikken van wantrouwen was ze wel gewend, wat haar meer uitmaakte was dat ze niets te doen had. Ze kon niet gaan trainen op de plaats, ten eerste omdat ze geen flauw idee had waar de trainingsplekken waren en ten tweede kon ze haar zwaard niet trekken omdat een dummy geen bloed kon laten vloeien en ten derde wou ze de mensen hier niet laten zien wat ze allemaal in huis had. Ze was hier binnen gekomen zonder problemen, maar dat was alleen maar door de brief van de koning, als ze die niet had gehad dan was ze hier niet binnen gekomen. Andere ridders lieten ze misschien wel binnen, maar haar vast en zeker niet. De zwarte kleur van haar harnas schrikte de mensen af en het embleem op de linkerkant op haar harnas op de plek van haar hart hielp ook niet mee met dat vertrouwen. Ze keek naar buiten door het raam heen en keek naar het dorpje dat beneden aan het kasteel lag. Het leek erop dat het behoorlijk druk was in het dorpje, maar of dat de juiste benaming was. Het was meer een stad dan een dorpje, heel veel meer dan een dorpje. Het was een van de grootste steden waar ze tot nu toe was geweest. Tot nu toe had ze het nog niet zo druk gezien in de stad, zelfs vanaf waar zij stond kon ze de mensen zien lopen in de stad. Voor een moment dacht ze na, wat zou de reden kunnen zijn van de drukte in de stad? Het duurde niet lang voordat ze het antwoord had gevonden, een markt. Een markt zou kunnen verklaren waarom er zoveel mensen in en uit de stad kwamen, een voordeel van een markt was dat ze dan tenminste wat te doen had. Waarschijnlijk zou het moeilijk worden om er met haar paard doorheen te gaan, maar om te voet te gaan, wel dat leek haar een slechter idee dan om haar paard wel mee te nemen. Ze wist dat mensen aan de kant zouden gaan zodra ze haar zouden zien. Voor de koning en zijn gevolg zou men uit respect aan de kant gaan, voor haar zouden ze uit angst aan de kant gaan. Ze liep bij het raam vandaan en keek naar de rest van de kamer, ze moest toegeven dat het een mooie kamer was, maar totaal niet haar smaak. Een licht glimlach verscheen op haar gezicht toen ze het zwarte harnas zag dat over de opstelling heen lag. Maar zoals altijd bereikte de glimlach haar ogen niet. Ze liep er langzaam op af en keek naar de helm. Twee zwarte gaten staarde terug, zelfs op zijn opstelling straalde het harnas duisternis uit. Het harnas paste perfect bij haar, en zij paste perfect bij het harnas. Ze zette de helm op de tafel daarnaast en begon langzaam en voorzichtig het harnas stuk voor stuk aan te trekken. Alles schoon perfect over elkaar heen, precies zoals het gemaakt was. Het was gemaakt om precies te passen en om haar gehele lichaam te beschermen en dat was precies wat het deed. Door de jaren heen was ze gewend geraakt aan het extra gewicht dat ze meedroeg, in het begin was het nog wel moeilijk geweest om met zoveel extra kilo’s te lopen vooral omdat ze een vrouw was en niet bepaald gespierd in vergelijking met de meeste ridders. Toen ze van de ridderschool afkwam kon ze perfect haar evenwicht behouden in de zware harnassen en bij haar eigen harnas was het nog makkelijker wennen omdat die lichter was dan de harnassen van de school. Ze trok de beschermers over haar handen heen en daarna de harnasstukken. Haar vingers konden soepel heen en weer bewegen, problemen met het bewegen van je vingers kon er voor zorgen dat als je in een gevecht terecht kwam, je het zwaard niet altijd even goed kon vasthouden en vooral op veldslagen konden zulke kleine dingen het verschil tussen leven en dood betekenen. Met gemak gespte ze het zwaard aan haar linkerzijde. Even twijfelde ze of ze haar mantel wel of niet mee zou nemen, maar besloot het toch wel te doen. Ze klikte de mantel vast aan haar harnas en keek toen naar de helm die op tafel stond. De helm voelde licht aan toen ze hem oppakte, ze zette de helm op en voelde hoe die perfect op zijn plek gleed, haar lange rode haren waren compleet verdwenen. Niets aan het harnas kon verraden dat degene in het harnas in werkelijk een vrouw was en niet een man en dat was precies zoals ze dat wou. Haar voeten kwamen zacht neer op de tapijten, de tapijten zorgden ervoor dat ze geen enkel geluid maakte. Voor haar was het een voordeel, maar blijkbaar dachten de bedienden die ze tegen kwam daar niet zo over. Elke keer als ze de hoek omging en in die gang waren bedienden dan schrokken die zich rot zodra ze haar zagen en zorgden ze ervoor dat ze snel wegwaren. Het voordeel was dat er niemand was die haar in de wegliep. Het enige nadeel was dat ze aan niemand iets kon vragen als ze iets wou weten, niet dat ze iets nodig had. Haar ontbijt had ze al lang achter de kiezen, een voordeel van het op de kamer bezorgt krijgen, mensen zien jou niet en jij ziet hun niet. Ze wist dat de koning wist wie er werkelijk in het harnas zat, maar voor de rest had niemand een flauw idee en dat wou ze ook graag zo houden. Het koste haar niet veel tijd om bij de stallen te komen. De geur van vers stro was duidelijk te ruiken toen ze de stallen instapte, zoals te verwachten was. Over de staldeuren heen hingen een paar paardenhoofden die haar vriendelijk begroette, haar aandacht was echter al gericht op de stal waar ze de nacht daarvoor haar paard had neergezet. Ze liep de hoek om en ze zag een paar stalknechten bij de stal staan waar haar paard stond, het was duidelijk dat haar paard het niet echt op de mensen had die bij de stal stonden. Ze liep op hun af en zag dat de stalknechten probeerde om het paard rustig te krijgen. Ze bleef even staan, afwachtend wat er nu zou gaan gebeuren. Het duurde maar een paar seconden voordat haar paard doorhad dat ze er was, bijna direct stond het paard stil en keek naar haar. De stalknechten stonden toen ook stil met verbaasde blikken totdat één zich omdraaide en haar zag. Ze zag de kleur wegtrekken uit het gezicht van de stalknecht. Ze liep op het groepje af en zag dat steeds meer stalknechten zich omdraaide, allemaal kregen hun gezichten een witte kleur. ”Er is niks gebeurd heer, we probeerden om hem in zijn box te houden.” De woorden kwamen vanaf de jongen die zich als eerste had omgedraaid. Ze knikte alleen maar en pakte het halster van een van de jongens over. Haar paard bleef staan alsof er niks gebeurd was. Eén voor één verdwenen de stalknechten. Ze begon haar paard op te zadelen. Af en toe trok de hengst aan de teugels, hij wist dat ze eropuit gingen en kon duidelijk niet wachten totdat hij zijn benen kon strekken. Ze leidde de hengst zijn stal uit en steeg op, het koste haar niet veel moeite om langs de wachters te komen, die zagen haar liever gaan dan komen. De hengst trok even aan de teugels, maar ze hield de teugels stevig vast. Ze liet hem draven, gelukkig was er eerst nog een leeg stuk met alleen een weg voordat ze bij de stad zouden komen. Na enkele minuten bevond ze zich aan de rand van de stad. Het leek nog wel drukker dan dat ze vanaf het kasteel had gezien, maar nu ze hier was had ze nog geen zin om direct terug te gaan, ze wou wel eens weten hoe zo’n markt er aan toe zou gaan in zo’n grote stad. De hoeven van de hengst kwamen hard neer op de bestrating, het duurde niet lang voordat de eerste bewoner doorhad dat er iemand te paard aankwam vanuit de richting van het kasteel. Het was duidelijk dat de bewoner schrok van haar verschijning. De man deinsde ver achteruit, proberend zoveel afstand mogelijk tussen hun in te krijgen. Ze zei er niks op en liet haar hengst verder stappen, het zwarte paard had er geen moeite mee om een weg te vinden door de mensenmassa heen. De meeste mensen die haar zagen weken direct voor haar uit, het zorgde ervoor dat er een prima pad ontstond tussen de mensen door, wat het voor iedereen een stuk gemakkelijker maakte. Het was wel duidelijk dat ook onder de bevolking hier er sterk werd geloofd in de volksverhalen, geen wonder dat men zo bang was zwarte paarden, want ook hier zag ze alle kleuren paarden, behalve zwarte. Zwart stond hier nou eenmaal voor de duivel. Ze liet de hengst rustig verder stappen, doordat niemand dicht in de buurt van het paard kwam was de bloeddorst niet zo duidelijk te zien in de ogen van haar paard. Ze liet de hengst door de straten heen stappen, het leek erop dat ze een doel had, maar in werkelijkheid was dat niet zo. Ze had geen flauw idee waar ze naar toe ging, het was dus ook een aangename verassing toen ze opeens op de markt stond. Ze liet de zwarte hengst halt houden en overkeek de situatie. De mensen die het dichtst bij haar stonden wierpen haar angstige blikken toe. Haar aandacht werd getrokken door een loslopend paard dat voor problemen zorgde. Toch richtte ze haar aandacht direct op het publiek, ze wist dat die stunt als een soort afleiding werkte, dat had ze haar hengst ook vaak genoeg laten doen. Een beweging van een jongen die bij één van de fruitkramen stond viel haar op. De mensen waren te erg afgeleid om op haar te letten toen ze de hengst naar voren stuurde. Ze zag hoe de jongen onopvallend naar een stuk fruit reikte. Ze hield er niet van als mensen stolen en al helemaal niet als die mensen het eigenlijk niet nodig hadden, gezien de kleding van de jongen had die helemaal geen reden om te stelen. In een snelle beweging boog ze voorover en pakte de jongeman in zijn kraag vast. Ze tilde hem een stukje van de grond. ”En wat hebben we hier, een dief?” Er lag een kille ondertoon in haar stem als een waarschuwing, als de jongen slim was, dan zou die niet proberen te ontsnappen en als hij dat wel zou doen, dan had die grote problemen. Haar helm zorgde ervoor dat de kille toon erger werd en duister, maar vooral laag zoals een mannenstem. Ze hield haar vingers in en ijzersterke greep om zijn kraag, de jongen zou daar niet zomaar uitkomen. Ze wachtte geduldig op het antwoord of op de verdediging van de jongen. Haar hengst draaide zijn hoofd om en bekeek de jongen, bloeddorst was te zien in de bruine ogen van de zwarte hengst, als de jongen weg zou rennen dan kon die een paar tanden in zijn arm verwachten. Haar zwarte hengst droeg namelijk niks voor niks de naam Bloodhunter.
You never see the ones in the shadow, When you do see them, It’s already too late, You’re lost in the kill green eyes..
2156 woorden.
Scarlet
Aantal berichten : 272
personal info Leeftijd: 21 years I'm already on this world fighting the rest. Partner: So not, I'm love my freedom and will stay forever like that Paard: My dangerous Bloodhunter brings me where I need to go
Onderwerp: Re: [open]Stealing some food is really difficult wo okt 29 2014, 22:24
De jongen die ze vast had verstijfde toen ze hem had opgetild. Ze had van te voren kunnen bedenken dat mensen verlamd raken van schrik als ze zo op worden getild, maar dat maakte haar niks uit. Ze keek naar de jongen die ze vast had. Hoe langer ze naar hem keek, hoe bekender hij haar voorkwam. De vorm van zijn gezicht, die kleur haar. Maar er ging bij haar geen belletje rinkelen, misschien was het beter als ze zich meer ging verdiepen in welke mensen van adel waren. Het weten wie van adel was voorkwam vaak misverstandigheden. Ze knipperde even met haar ogen en keek afwachtend naar de jongen die ze nog steeds vasthad in een ijzersterke greep. Ze had er een hekel aan als mensen haar geen antwoord gaven. Op sommige momenten had ze een kort lontje, en na wat ze deze week al allemaal mee had gemaakt was dat lontje niet bepaald lang en dingen zoals dit zorgde ervoor dat het lontje nog korter werd. Haar blik gleed opnieuw over de jongen heen, op het eerste opzicht leek het een normale burger jongen in die kleding, maar iets aan die kleding schreeuwde dat de jongen meer geld bezat dan dat leek. De jongen hoefde niet te stelen dat was wel duidelijk, ze kon enkel bedenken dat de jongen zou stelen omdat het hem een adrenaline kik gaf. Ze verachtte de mensen die dat deden, anderen gebruiken of misbruiken om er zelf beter van te worden. Het was duidelijk dat de jongen overvallen was geweest door het feit dat ze hem zo op had gepakt, de jongen verwachtte niet dat die gepakt zou worden. De arrogantie was duidelijk van de jongen af te lezen en dat zorgde er alleen maar meer voor dat ze de jongen eens goed door elkaar wou schudden en hem wou laten nadenken over wat hij deed. Ze zag wel dat de jongen haar bekeek, zag ze nou iets van bewondering of waardering in de ogen van de jongen? De kans was groot dat het te maken had met de kleur van haar harnas, wat betekende dat de jongen zelf ook van zwart hield. Even zag ze iets van spijt door de ogen van de jongen heen flitsen. Het was duidelijk dat de jongen geen spijt had van het stelen anders zou de jongen het al lang niet meer doen. Misschien had het te maken dat de jongen ongewapend was. Ze was niet heel zeker of de jongen helemaal ongewapend was, maar als de jongen ook maar een beetje slim was, dan zou die bedenken dat wat voor een wapen hij ook had het waarschijnlijk niet door haar harnas heen zou komen. Daarnaast was haar paard er maar al te happig op om de jongen te bijten en haar zwaard zou geen moeite hebben om zich een weg door het vlees heen te boren, zelfs als het achteraf bleek dat de jongen van adel was. Ze voelde de hengst even aan de teugels trekken, maar ze reageerde er verder niet op. Haar blik bleef gericht op de jongen die voor haar bungelde in haar greep. Wanneer zij klaar zou zijn met de jongen zou die wel anders piepen. Heel even keek ze in haar ooghoeken naar de mensen om hun heen, de aandacht was nog steeds gericht op het paard dat bezig was de kraam van de bakker te slopen. de voldane blik die de jongen eerst in de richting van de hengst had gegooid voordat die het fruit probeerde te stelen had haar duidelijk gemaakt dat de hengst bij hem hoorde. Hoe langer ze naar de jongen voor haar keek, hoe meer ze de jongen verachte. Die bakker zou veel moeten betalen om zijn kraam weer te laten maken, wie weet hoeveel de jongen in haar greep al had gestolen. Ze zou er voor zorgen dat de jongen het geld aan de bakker zou betalen voor het maken van zijn kraam, de jongen had duidelijk geld genoeg daarvoor. Ze voelde Bloodhunter onder zich bewegen, het was duidelijk dat de hengst ongeduldig werd van het lange wachten en stilstaan en hij was niet de enige. Ze verstevigde haar grip iets meer op de kraag van de jongen, zodat langzaam zijn adem wat werd afgesneden. De jongen was er nog niet over uit wat die tegen haar zou gaan zeggen. Ergens hoopte ze dat hij haar een leugen probeerde te verkopen, hoe meer leugens, hoe meer ze het recht had om iets aan hem te doen. Maar aan de andere kant wou ze ook wel weer dat de jongen de waarheid sprak. Leugens hielpen je alleen maar dieper, soms kon alleen de waarheid je redden. De jongen in haar greep mocht blij zijn als ze hem zijn leven gunde. Ze was genadeloos en helemaal in zulke gevallen wanneer de persoon in haar greep het eigenlijk niet verdiende om verder te leven. Als hij niet snel zou gaan praten, dan zou ze er voor zorgen dat hij zou gaan praten en het maakte haar niet uit welke manieren ze daarvoor zou moeten gebruiken. Als de jongen slim was zou hij gaan praten en wel heel snel. Het duurde een tijdje voordat ze uiteindelijk een antwoord kreeg, maar niet echt het antwoord waarop ze had gehoopt en waar ze om had gevraagd. ”Ik ben de neef van de koning.” Het was duidelijk dat de jongen probeerde om het kil te zeggen, maar in haar oren klonk het onzeker en laf. Ze keek hem aan. Dus dit was het beruchte neefje van de koning. Het neefje waar van de ouders zich tegen de koning hadden gekeerd. Hij was dus inderdaad van adel zoals ze had verwacht toen ze hem had gezien. Ze keek naar de jongen in haar greep, ze vond hem laf. Laf dat hij zich verbergt achter het feit dat hij het neefje van de koning was in plaats van dat hij toe zou geven dat inderdaad een dief was en had gestolen. Op het moment dat die zin uit de mond van de jongen was gerold had ze elk respect voor hem verloren. Mensen van adel denken dat ze alles kunnen doen alleen maar omdat ze van adel zijn, normaal zouden ridders de adel dienen of zelf van adel zijn. Maar zij was niet van adel en diende ook geen adel. Ze tilde de jongen iets verderop zodat ze hem beter aan kon kijken. Ze wist dat hij enkel twee zwart gapende gaten zag die hem aanstaarde. Hij was eigenlijk haar aandacht niet eens waard, maar als ze de neef van de koning zo rond zou laten lopen, wie weet wat er dan van hem zou worden. ”Ik dien geen adel, voor mij ben je net een burger netzoals de andere mensen die je hier ziet. Dat je van adel bent is voor mij geen reden om je te sparen, het geeft me eerder een reden om je niet te sparen.” zei ze met een kille ondertoon die rillingen over je rug heen konden jagen. Ze wist dat er nog steeds niemand op hun lette, als ze wou kon ze haar zwaard door zijn hart heen steken en niemand zou ooit weten dat zij het was, maar dat deed ze niet. Ze diende geen adel, ze was alleen loyaal aan de koning en enkel aan de koning. De jongen was dan misschien een bloedverwant van de koning, hij was geen koning en daarom zou ze er niet over aarzelen hem iets aan te doen. Ze zag een buidel met geld aan zijn kleding hangen. Ze pakte hem de bundel af. En gooide hem toen voorop het zadel. ”Als je leven je wat waard is dan blijf je stil liggen, zo niet, wees dan bereid om je dood tegemoet te zien” zei ze kil tegen hem. Ze drukte haar hakken in de buik van haar zwarte hengst. Het paard snoof en stapte direct vooruit, zich een weg banend door de mensen die opzij gingen zodra ze het geluid van hoeven hoorde. Ze zag een aantal angstige blikken in haar richting toen ze voorbij reed, maar het deed haar niks. De zwarte hengst stopte bij de gesloopte kraam van de bakker. Ze zag hoe de bakker met grote ogen opkeek toen er een schaduw over hem heen viel. De man stond te klagen over zijn kraam. Ze wist dat de buidel met geld die ze af had gepakt waarschijnlijk genoeg zou zijn voor de bakker om zijn kraam te vernieuwen en als compensatie voor zijn verloren brood. Ze gooide de bakker de buidel toe. Als het paard van de jongen zou proberen hun aan te vallen omdat zij de jongen had, wel dan zou Bloodhunter korte metten met het paard maken. Hopelijk was dat paard slim genoeg om niet dichterbij te komen of was de jongen slim genoeg om het paard een halt toe te roepen als die hun aan zou gaan vallen. De bakker boog even voor haar en ze knikte terug. Ze trok zacht aan de teugels van de zwarte hengst en het paard draaide zich om en verliet rustig het plein waar de markt was. Zodra ze uit de mensen menigte waren gaf ze de zwarte hengst de sporen. Met grote passen schoot de hengst vooruit. Ze hield de teugels vast met één hand, de andere hand lag op de rug van de jongen om te zorgen dat die niet van het zadel afviel. Met deze snelheid en de dingen op het pad zou de jongen er niet ongeschonden vanaf komen. Het zou haar niet heel veel doen als de jongen gewond zou raken, maar ze had zo’n vermoeden dat de koning dat wat minder leuk zou gaan vinden. De jongen moest daarnaast nog wel wat manieren leren, en vooral over hoe hij met de burgers om moest gaan. Ze reed de buurt in waar mensen het niet zo goed hadden. De straten waren van zand, niks bestraat. Mensen liepen er armmoedig bij. Ze negeerde de blikken die ze kreeg van de mensen. Ze trok de jongen overeind zodat die kon zien waar ze waren. Normaal kwamen de mensen uit het paleis hier niet, zelfs de burgers uit de stad durfde zich hier niet te wagen. ”Kijk eens heel goed hoe deze mensen lijden, hoe deze mensen leven. Zij hebben veel minder dan jij en toch stelen deze mensen niet. Jij daarin tegen bent een verwend joch uit het paleis dat omdat je je verveeld mensen besteelt. Je hebt alles wat je met geld kunt kopen, en toch steel je van de mensen die bijna niets hebben. siste ze in zijn oor terwijl ze langzaam door de straten heen reden zodat hij alles goed kon zien. Haar stem had een gevaarlijke ondertoon gekregen. Ze wist hoe het was om bijna niks te hebben en hoeveel je er voor moest vechten en mensen zoals hij namen dan alles af wat je nog wel had. Hij zou eens de waarheid onder ogen moeten zien, als hij dat niet durfde, dan zou ze hem dwingen. “Kijk maar heel goed en hoop dat je zo nooit terecht komt.” zei ze. Ze reed verder door de straten heen. Bloodhunter liep rustig door de straten heen, de mensen doken wat weg in hun huizen, bang voor wat er zou gebeuren als ze wel zouden blijven kijken. De hengst stopte aan het einde van het stuk. Ze had nog wat geldstukken gevonden tussen de kleding van de jongen in. Ze zag een klein meisje zitten en steeg af nadat ze hem terug op zijn buik op het zadel had gedrukt en in zijn oor fluisterde: ”Probeer ook maar één keer om van hem af te komen en je kunt verwachten dat hij zijn tanden in je zet, daar is hij al de hele rit op uit.” Met hem doelde ze op de zwarte hengst onder hun. Ze liep op het meisje af en knielde bij haar neer. Haar zwarte mantel achter volgde haar. Ze gaf het meisje de paar goudstukken die ze van de jongen had afgepakt. Ze zag de ogen van het meisje groter worden. Ze knikte even naar het meisje en liep toen terug naar haar zwarte hengst. Ze steeg weer op en schoof de jongen weer goed voor zich in het zadel. De zwarte hengst snoof even en ging er vandoor toen ze hem de sporen gaf. Ze reed in de richting van de bossen. ”De volgende keer dat ik je betrap op het stelen van iets of als iemand mij verteld dat je weer hebt gestolen dan zal jij ook in die wijk belanden. Het maakt me niet uit of je het neefje van de koning bent, voor mij ben je niemand, gewoon een burger die zich aan de regels hoort te houden. En als je hier beland dan zal ik je leven een hel maken, van ‘s morgens vroeg tot ’s avonds laat werken, niets te eten hebben, moeten bedelen. Zo zal je leven er dan uitzien, vergeet dat niet de volgende keer dat je zoiets uithaalt. De staf op stelen is het afhakken van de hand, helaas vrees ik dat je oom het niet zo leuk zal vinden als ik je hand af hak, ook al zal ik dat met veel plezier doen.” fluisterde ze in zijn oor, haar stem had weer die gevaarlijk kille ondertoon die niet veel goeds voorspelde. De hengst stopte in het donkerste deel van het bos, ze tilde de jongen van de hengst af en liet hem toen los zodat die op de grond viel. ”Ik ken geen genade, wat ik beloof voer ik uit, wees gewaarschuwd prins Cato, want de volgende ontmoeting zal voor jou niet gunstig uitpakken als ik je weer betrap.” zei ze terwijl ze naar de jongen keek. Ze was nauwelijks te onderscheiden door het zwart van het bos en haar harnas. Ze wist zijn naam, ze wist wie hij was. Hij daarin tegen wist niet wie ze was. Ze keek naar hem, zoals een wolf naar zijn prooi staarde.
She hunts without mercy She doens’t forget She doens’t forgive. You die from her bloodstained sword..