Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.



 
IndexPortalZoekenLaatste afbeeldingenRegistrerenInloggen
Spring is gekomen in GJ,de dagen worden weer langer en blad groeit opnieuw aan de bomen.
Een nieuw seizoen met vele mogelijkheden en een hele hoop nieuwe mensen.
Mvg Het team



 

 A game with no players anymore ~ Agenor

Ga naar beneden 
2 plaatsers
AuteurBericht
Leonoor
Commandant
Leonoor


Man Aantal berichten : 812

personal info
Leeftijd: 24 years I have been walking on this world
Partner: You can't winn my love. My love is my freedom. Don't try to winn my love, you only get a broken heart. Sagitta, my hunterbird, she shows me to be free.
Paard: Danger, like the risks we take every day. Together we will go to where the wind us lead

A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Emptyzo aug 18 2013, 13:00

A game with no players anymore ~ Agenor Kaderbovenn
Hij liep verder door de lange gangen heen, gangen die geen gangen waren, tenminste niet voor de normale mensen. Dit waren geen gangen met mooie schilderijen en om de zoveel meter een borstbeeld van een overleden koning of hoge adel. Dit waren geen gangen waar andere mensen door heen liepen, laat staan dat je elkaar kon passeren. Geen gangen die groot en ruim waren, waar het licht met de schaduwen speelde. Dit waren gangen die klein en nauw waren. Gangen waar de schaduwen met het weinige licht speelde, waar het niet warm was, maar koud. Dit waren de geheime gangen, waar maar enkele wisten waar die zich bevonden. Deze gang was minder muf dan de andere gangen, omdat deze vaker werd gebruikt. Niet door bedienden, nee dat niet. Hij werd meestal gebruikt door een grijze jager. Mystenia. Dit was de tweede keer dat hij door deze keer heen liep, en werkelijk bij de koning op bezoek ging, nouja bezoek. Hij zou de koning alleen iets geven, iets waar een heleboel mensen al een hele tijd op hadden gewacht. Iets wat dit land zou verlossen. Zodra hij het had afgegeven aan de koning, was de tijd van verandering ingetreden. Tijden die hopelijk beter voor het land zouden zijn. Als de nieuwe raad niet beter zou zijn dan de oude raad, dan zou hij zonder aarzelen weer hetzelfde doen. Misschien was het handig om dat de nieuwe raad mee te geven zodra ze waren aangesteld. Om hun eraan te herinneren dat ze nooit maar dan ook nooit te hebberig mochten worden en dingen zouden beslissen die slecht zouden zijn voor land. Wie de koning in de raad zou stoppen dat wist hij niet, maar nu de koning zelf mocht beslissen, zou het voor de hand liggen dat hij mensen zou kiezen die hij vertrouwde, dat zou elk verstandig mens doen. Hij nam de afslag naar links. Zelfs zonder fakkel zou hier lopen nog een gemak zijn. Deze routes stonden in zijn geheugen gegrift, je wist immers maar nooit wanneer je de gangen nodig had, zoals bij de raad. Want als ze door de voordeur hadden moeten gaan, dan was het misschien wel heel anders afgelopen. Hij had nog geen rennende voetstappen in de gangen gehoord, dus hij wist dat nog niemand naar de koning toe was gesneld om hem het nieuws te vertellen. Dat was goed. Want dan was de schok voor de koning des te groter wanneer hij opeens de brieven en de ringen tevoorschijn zou halen. Soms was het maar eens goed om iemand goed te laten realiseren waar ze het van moesten hebben. Zodat ze niet vergaten dat hun macht gebaseerd was op vertrouwen, en dat als je macht bouwde op angst, dat het dan met je afliep door een pijl, een zwarte.
Hij was er bijna. De gangen hier werden iets lichter, omdat er meer licht van achter het schakelpunt vandaan kwam. Niet dat dat zo erg was, nee, zo kon hij meer zien. Niet dat hij perse meer hoefde te zien, maar soms was het wel handig. Want als er licht was, dan betekende dat, dat de koning er was. Dat zou hem vele uren wachten en ongeduldig worden besparen. Dan konden ze direct ter zake komen, en was hij er zeker van dat niemand hem voor kon zijn en de koning het nieuws van de raad kon vertellen. Hij doofde de fakkel en hing die in een van de standaards vlakbij, die had hij nu toch niet meer nodig. Hij grimaste even. Hij zou weer door deze uitgang naar buiten moeten, anders zouden de wachters zich dood schrikken. Hoe minder mensen wisten dat hij hier was geweest, hoe beter het was. Dan waren er minder mensen die konden bevestigen dat hij hier was geweest. Dat zou voor hem ook veel beter zijn. Hij had geen zin in het gedoe eromheen, niet dat hij eraan kon ontsnappen, maarja. Hij hoopte het toch wel. Dat zou weer een hoop papierwerk worden, voor hem en waarschijnlijk ook voor Mystenia. Hij wist dat hij in de ogen van zijn leider misschien wel te ver was gegaan. En misschien ook wel in de ogen van de koning. Maar dat maakte hem niet uit. Zijn mantel wapperde heel lichtjes om hem heen, hij liep verder en stopte toen bij de deur. Normaal zouden grijze jagers hun deuren niet oliën zodat ze kraakten, maar deze deur was wel geolied, en goed ook. Zodat de koning hun niet kon horen. Zacht opende hij de deur, je wist het immers maar nooit. De deur ging open zonder ook maar een piep of een kraak te geven. Hij sloot de deur weer achter zich toen hij erdoor heen was gelopen. Hij keek naar het vertrek waarin hij zich bevond. De koning was niet in deze kamer van het gesprek, maar aan het glas wijn te zien dat op tafel stond, was de koning hier wel geweest. Misschien moest de man even iets pakken, want niemand liet zijn wijn zomaar zo staan. Als je naar een andere kamer ging om daar te zitten, dan nam je je wijn mee, dat was gewoon zo. Hij bleef staan en keek weer de kamer rond. De koning was er echt niet. Hij liep verder door de schaduwen heen, het schaduwspel gaf hem een perfecte dekmantel. Hij stopte vlak bij de open haard, hij wist wel heel goed wat er achter die open haard zat, dat had hij de vorige keer dat hij hier was wel ontdekt. Maar nu kwam hij niet hier om iets in ontvangst te nemen, maar om iets af te geven. Hij had niet de orders gevolg, alweer niet. Orders opvolgen, dat deed hij maar zelden. En in zulke gevallen was dat maar goed ook. Soms vroeg hij zich af waarom mensen nog de moeite namen om hem orders te geven, hij luisterde toch niet, of voerde het anders uit. Alleen tegen hem zeggen om een probleem op te lossen, dat was het beste wat je kon doen. Niet dat het dan zo vredelievend was, maar dan gebeurde het in ieder geval wel, en het gebeurde ook goed. Zijn boog hing zoals gewoonlijk over zijn schouder heen, en de vierentwintig pijlen zaten in zijn koker, eentje met bloed erop, maar dat maakte hem niet uit. Dan had de man van de raad zelf maar anders moeten beslissen of handelen.
Als de koning hem toch terecht zou willen stellen voor wat hij had gedaan, tja dan moest de man toch maar goed nadenken voordat die dat zou gaan doen. En anders. Hij was een grijze jager, hij kon zich overal verstoppen, hem zou je niet zo makkelijk vinden. Hij zou zonder moeite het land uit kunnen komen. Maar hij verwachtte niet dat de koning zoiets zou gaan beslissen, en als de koning dat wel zou gaan doen, dan was de man zeer dom, en dan wist die gegarandeerd niet hoeveel de grijze jagers waard waren voor zijn land. Hij bleef in de schaduwen staan. Tijd zou het hem vertellen, de toekomst zou het hem leren, maar vooruit kijken deed hij zelden. Als je in het verleden leefde vergat je de kansen, als je in de toekomst leefde vergat je het heden. Hij deed geen van beiden. Soms was het dom om de gevolgen te vergeten, maar als je altijd aan de gevolgen dacht, dan zou je nooit in staat zijn om iets uit te voeren of om mensen te beschermen. De papieren zaten veilig in zijn mantel, evenals de ringen. De tirannie was voorbij, nu moest de koning maar eens de touwtjes terug in handen nemen. Het enige wat nu nog ontbrak in de kamer, was de koning

You see him as dangerous,
You see him as an outsider
But do you also see
The guardian that saves your land..


1300 woorden
A game with no players anymore ~ Agenor Onderkant
Terug naar boven Ga naar beneden
Agenor
King
Agenor


Man Aantal berichten : 33

personal info
Leeftijd: 36 years!
Partner: I don't have a wife yet!
Paard: Kaname

A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: Re: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Emptyzo aug 18 2013, 14:22

A game with no players anymore ~ Agenor Agenorkader_zpscc427148
Langzame voetstappen was het enige geluid dat de rust van de kasteel tuinen verstoorde. Hij zelf lette nauwelijks op de mooie bloemen of op het mooie weer dat in de lucht ging. Een zucht kwam uit zijn mond. Terwijl hij voor zich uitstaarde zonder echt iets te zien. Agenor was diep in gedachten verzonken. Jammer genoeg waren het geen vrolijke gedachten. Neen het waren onheilspellende gedachten en het ergste was nog dat hij over zich zelf dacht. Hij was op weg naar de rustplaats van zijn vader. Nou ja zijn vader was gecremeerd zoals dat hoorde bij de adel. Maar er was wel een grafsteen geplaatst en dat lag nu net diep in de tuinen. Niemand zou hem daar storen en waarschijnlijk zou hij zelf ook rust kunnen vinden. Hij had antwoorden nodig. Antwoorden die niemand kon beantwoorden behalve hij zelf. De vraag was alleen hoe hij ze zou vinden. Maar altijd als hij daar bij het grafsteen van zijn vader stond en hij daar sprak. Voelde hij zich beter alsof zijn vader echt luisterde en ja soms vond hij dan de antwoorden die hij diep van binnen al wist. Hij ademde langzaam in en uit, terwijl de gedachten in zijn hoofd heen en weer liepen. De gedachte gang stopte pas toen hij voor het grafsteen stopte. De zon scheen er fel op en liet de witte steen glinsteren. De paarse bloemen die er rond stonden gaven het een prachtig gezicht en de kaars die er voor brandde leek zo fel licht af te werpen dat Agenor even met zijn ogen moest knipperen. Langzaam zakte hij door zijn knieën en boog zijn hoofd. Een hele tijd bleef hij zo in stilte zitten. De geluiden die de tuin gaf over vielen hem en langzaam leek hij rustiger te worden. Daarna richtte hij zijn blik op de steen en een trieste glimlach kwam tevoorschijn op zijn gezicht. Hij was alleen, hij kon zeggen en doen wat hij wilde. De wachter die sinds een paar weken elke dag naast hem liep had een tijdje ongemakkelijk geprotesteerd. Natuurlijk snapte hij de man wel. Maar hij had duidelijk gemaakt dat hij echt alleen wilde zijn en na dat hij gezegd had dat het een bevel was. Had de wachter geen woord meer gezegd. Hij hield er niet van om zo koud voor te komen. Maar hij had wel gezien dat de wachter hem begreep. Nu zat hij hier op zijn knieën. “Hallo vader…” Hij sprak zacht en de wind leek hem een antwoord te geven door zachtjes te blazen. Alsof zijn vader gedag terug wilde zeggen. Langzaam begon hij te spreken. ”Ik weet dat het een tijdje geleden is en zelf snap ik niet waarom ik perse hier naartoe wielde komen om te spreken.” Hij zuchte misschien werd hij helemaal gek. Een man van dertig een koning dan nog die voor het grafsteen van zijn vader zat te spreken. ”Ik geloof dat ik de weg een beetje kwijt ben vader. Ik ben mijn zelfvertrouwen kwijt. Ik ben een verschrikkelijke koning…” Hij zweeg weer even een zijn blik werd wazig terwijl hij naar de paarse bloemen keek. ”Wat voor koning ben ik? De raad zelf heeft meer macht dan ik.” Hij richtte zijn blik weer op de steen. Zijn volgende woorden waren harder. ”ja dat besef ik maar al te goed. Maar wat moet ik doen vader? Ze ontslaan? Welke reden heb ik daarvoor? U zelf vertrouwde deze mannen en ik wil ze mijn vertrouwen ook wel hunnen maar…” Zijn stem zwierf weer weg. Hij zuchte en keek even naar de blauwe hemel waar er af en toe eens een wolk te zien was. ”Ik wil ze mijn vertrouwen hunnen. Maar zij vertrouwen niet op mij en dus als zij het niet doen. De mannen waar u zo veel respect voor had… hoe kan ik dan op mezelf vertrouwen?” Nu hij toch bezig was kon hij beter door gaan. ”Ik vertrouw ze niet vader! Ze hebben al verschrikkelijke vergissingen gemaakt… Als het vergissingen waren!” Hij sloot zijn mond en bleef staren naar de steen. Alsof zijn vader antwoord zou geven. Natuurlijk bleef de stilte heersen. Maar door de stilte zelf kwamen de antwoorden die hij nodig had naar boven drijven. ”Als je ze niet vertrouwd… waarom luister je dan nog naar hun? Waarom volg je, je eigen instincten niet?” Hij knikte langzaam. ”Je wilt zo graag de koning zijn die je vader was. Maar dat ben je niet en dat zal je nooit worden.” Hij zuchte, nu de antwoorden naar boven kwamen besefte hij maar al te goed welke last er van zijn schouders viel. Hij lachte. ”Neen ik kan niet de koning zijn die mijn vader was.” Hij stond recht en boog zijn hoofd. ”Dank u.” Fluisterde hij lichtjes. Hij draaide zich om en met een ferme pas liep hij terug het paatje over. Hij kon de koning niet zijn dat zijn vader was. Maar hij kon wel een geweldige koning zijn. Hij zou de koning worden die hij was. Een koning waar de mensen trots op konden zijn. Het duurde niet lang of hij was terug bij de wachter. Hij lachte vriendelijk naar de man toen die boog. Rustig liep hij het paleis weer binnen. De wachter liep een vijf tal stappen achter hem. Dat was nu eenmaal de beleefdheid vorm. Hij liep rustig de gangen door, de mensen die hij tegen kwam bogen allemaal respect vol. ”Ik zal er voor zorgen dat ik hun respect echt verdien.” Dacht hij terwijl hij voor zijn kamer deur stopte. Hij draaide zich om naar de wachter en knikte even. Die boog en ging naast de deur op wacht staan. Soms had hij medelijden met die mensen. Heel de dag op wacht staan, dat moest ook niet altijd gemakkelijk zijn. Stil liep hij de kamer binnen. Nou ja hier was meer de bureau. De kamer er naast was de plek waar hij rustig en op zijn gemak kon zitten. Van zijn Bureau haalde hij eerst nog wat papieren voor hij de kamer met de haard binnen stapte. Achter die haard lag een geheime ingang. Zijn blik gleed naar de tafel, daar stond nog altijd de wijn die hij voor hij naar buiten vertrok gedronken had. Hij legde de papieren op de tafel naast de wijn en ging met een zucht zitten. Heel even staarde hij naar de wijn. Daarna nam hij het glas en bracht het naar zijn lippen. Maar hij stopte en zonder een slok te drinken zette hij het glas weer terug. Hij was al bij al misschien een tien minuten weg geweest. Toch had hij geen zin om nog een slok van de wijn te nemen. In plaats daarvan, nam hij de papieren en keek ze door. Het waren allemaal verslagen. De meesten waren goed, anderen waren wat minder en zaken waar hij later zeker nog iets aan zou moeten doen. Veel anderen gingen dan weer over heel wat andere dingen. Maar bij elk woord dat hij las, kreeg hij meer en meer het gevoel dat hij bekeken werd. Hij legde de papieren op zijn schoot en vernauwde zijn ogen. Hij keek de kamer rond en luisterde goed. Geen geluid en niemand te zien. Hij kende het gevoel goed en toch was het nog altijd anders dan normaal. ”Mystenia?” Vroeg hij rustig. Hij kende het gevoel die hij kreeg wanneer de leider van de grijze jager in zijn kamer was. Ze verstopte zich altijd in de schaduwen en vinden zou hij haar zeker niet. Maar hij kende het gevoel en hij wist zeker dat er iemand was. Hij had Mystenia vaak genoeg op bezoek gekregen en ze kwam altijd wenneer hij het niet verwachte. Maar was het Mystenia wel? Of was het iets anders. Hij wachte rustig af op een klein teken van leven.
[1300]
A game with no players anymore ~ Agenor Agenoronder_zpsc5bb6c1e




Terug naar boven Ga naar beneden
Leonoor
Commandant
Leonoor


Man Aantal berichten : 812

personal info
Leeftijd: 24 years I have been walking on this world
Partner: You can't winn my love. My love is my freedom. Don't try to winn my love, you only get a broken heart. Sagitta, my hunterbird, she shows me to be free.
Paard: Danger, like the risks we take every day. Together we will go to where the wind us lead

A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: Re: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Emptyzo aug 18 2013, 17:34

A game with no players anymore ~ Agenor Kaderbovenn
Hij bleef staan waar hij stond, omgeven door de schaduwen, daar waar hij thuis hoorde, diep in de schaduwen. Gecreëerd door schaduwen, zoals elke grijze jager. Hij wist niet hoe lang het zou duren voordat de koning zou komen, maar je wist het maar nooit. Als de koning niet in zijn vertrekken was, dan zou die vast en zeker wel weer snel terug komen. Hij liet zijn boog over zijn schouder heen hangen, als hij die echt nodig had, dan kon hij die zo pakken. Niet dat hij hier gevaar verwachtte. Sinds de laatste keer dat hij hier was geweest was de bewaking duidelijk aangescherpt, zodat het niet opnieuw kon voorkomen dat de koning kon worden aangevallen door twee schutters die het kasteel binnen waren geslopen. Dat was nog eens wat geweest, maar hij was er wel achter gekomen dat het de raad was geweest die de twee schutters had binnen gelaten en ze naar de kamer van de koning toe had gebracht. Het zoveelste bewijs dat de raad van zowel hem als de koning af wou. Maar nu, nu hoefde hij zich daar geen zorgen meer over te maken. Het enige waar hij zich nu nog zorgen over hoefde te maken was hoe de koning zou reageren, en vooral hoe Mystenia zou gaan reageren als ze het te horen kreeg. Op zulke momenten wou hij dat zijn naam niet genoemd zou worden, maar dat was dan weer mogelijk. Hij hoorde de voetstappen van de wachters die over de gangen heen liepen, allemaal in het ritme, geen enkele wachter die erbuiten liep. Dit waren duidelijk betere wachters dan de vorige die zich met een simpel smoesje weg lieten sturen. Hij glimlachte even. Gelukkig was iemand zo slim geweest om die wachters te vervangen. Soms hoefde je niet alles zelf op te lossen, je hoefde alleen maar iets te zeggen tegen de juiste persoon, en die kwam in actie en verhielp het probleem. Bij hem was het net iets anders, hij loste de problemen in zijn eentje op, en Mystenia mocht het papierwerk doen.
Waar de koning uithing wist hij niet, maar hij begon zijn geduld op de proef te stellen, als het niet zo belangrijk was geweest, dan was hij allang weer verdwenen en had hij gemaakt dat hij het kasteel uitkwam, maar dit keer was dat niet de manier hoe hij het op kon lossen. Hij keek naar buiten en zag Sagitta rondvliegen, de roofvogel had geen flauw idee waar hij was, normaal wist de vogel dat wel, eigenlijk was het best grappig, maar het was te gevaarlijk geweest om de vogel mee naar binnen te nemen. De vogel had hem kunnen verraden, niet expres, maar de vogel had ook een doelwit kunnen worden, en dat wou hij liever niet. Hij wou de vogel niet kwijt. Wat wel te begrijpen was. De roofvogel bleef rondjes vliegen, alsof ze uitzocht waar hij zich bevond, maar hij wist dat de vogel hem niet kon vinden, ook al had ze zo’n scherp zicht. Altijd als hij door de schaduwen heen liep in zijn mantel kon ze hem niet vinden, wat best grappig was, aangezien de vogel beter kon zien dan hij of een ander mens. Zijn gedachten gang werd doorbroken toen er een ander ritme voetstappen aankwam. Een ferme pas, met daarachter de bescheiden passen van een wachter. De koning, daar moesten die voetstappen wel vandaan komen. Hij zag hoe aan de andere kant van het vertrek de deur open ging, de koning. De koning liep naar binnen toe, en de wachter bleef bij de deur staan. Hij bleef rustig staan, niet van plan om zijn plaats te verraden, laat staan dat hij er was. Dat moest de koning zelf maar uitvinden. Maar hij wist wel dat het duidelijk was wanneer je werd bekeken door iets of iemand, daar kreeg je zo’n kriebelig gevoel van, dat had hij zelf maar al te vaak meegemaakt. Maar sinds een lange tijd had hij de rollen omgedraaid. De koning liep naar zijn bureau toe en pakte er een paar papieren vanaf. Hoe belangrijk die papieren ook leken, de papieren die hij in zijn mantel had zitten, waren vele malen belangrijker, en dat was de enige reden dat hij hier was gebleven in plaats van net zoals heer Myron het paleis te verlaten. Hij zag hoe de koning de kamer waar hij was instapte. De blik van de koning gleed naar de tafel, waar de wijn stond. De koning ging met een zucht zitten en leek naar de wijn te staren. Hij zag hoe de koning het glas oppakte en er duidelijk een slok uit was nemen toen de hand stopte en het glas weer terug zette op tafel. De koning die zijn wijn niet opdronk? Dat kon alleen maar betekenen dat iets de koning dwars zat. Hij had de neiging om te glimlachen, misschien dat de papieren die hij vast had er voor konden zorgen dat het probleem van de koning verdween, je wist maar nooit. Hij zag hoe de koning zich weer verdiepte in zijn papieren. Hij bleef rustig naar de koning kijken, die kon hem toch niet zien. Het duurde wel langer dan de vorige keer dat de koning aangaf dat die voelde dat die werd bekeken. De koning legde namelijk zijn papieren neer en vernauwde zijn ogen. De koning keek de kamer rond en leek te luisteren. Maar de koning zou hem toch niet zien noch horen. Alsof hij hier niet was, opgegaan in de schaduwen, alsof hij zelf een schaduw was. . ”Mystenia?” Vroeg de koning toen. Hij had de neiging om te lachen, maar maakte geen enkel geluid. De koning zag hem voor zijn leider aan, tja. Van Mystenia had de koning hier niks te vrezen, maar van hem wel. Eigenlijk zou hij het liefste in de schaduwen willen blijven staan, en de koning laten wachten, maar dat deed hij nu maar niet. Zijn goede humeur verdween, en de kilte kwam terug. Direct veranderde ook de sfeer in de kamer. De kilte en stilte kropen de kamer in, en vervaagde de huiselijke sfeer die er hing. Het was nu wel duidelijk dat de koning niet met Mystenia te maken had. Hij bleef nog even in de schaduwen staan, terwijl de kilte steeds verder toenam. Zelfs het haardvuur zou niks tegen deze kilte kunnen doen. De kilte leek van alle kanten te komen.
Hij zag hoe Sagitta langs het raam heen vloog, maar niet bleef zitten, zoals ze normaal deed als ze hem had gevonden. Hij zag donkere wolken voorbij komen. De koning had nog niet alle kaarsen aangestoken, waardoor het nu donker werd. Hij stapte uit de schaduwen, en liep wat dichter naar de tafel toe. De wolk dreef voorbij, waardoor hij nu opeens vlak bij de koning stond, wel in het gezichtsveld van de koning. Hij bleef daar staan en deed verder niks, nu was de koning aan het beurt om maar eens uit te zoeken wat er was gebeurt, dit keer zou het niet zo makkelijk gaan. De pion had zich tegen zijn spelers gekeerd, nu was het de vraag of de spelregelaar de pion zo ver kon krijgen om de informatie te geven over zijn zetten. Alles was een groot spel, maar hij was nu in een spel zonder spelers, iets wat de koning nog niet wist, en snel te weten zou komen. Tijd was overal het antwoord op.

No matter how long it takes,
He comes and goes,
Takes lives,
And saves lives..


1247 woorden
A game with no players anymore ~ Agenor Onderkant
Terug naar boven Ga naar beneden
Agenor
King
Agenor


Man Aantal berichten : 33

personal info
Leeftijd: 36 years!
Partner: I don't have a wife yet!
Paard: Kaname

A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: Re: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Emptyma aug 19 2013, 12:31

A game with no players anymore ~ Agenor Agenorkader_zpscc427148
Hij zocht niet naar de jager. Als het een jager was. Maar hij had zo een gevoel dat het moeilijk anders kon. Hij kende het gevoel dat hij nu had. Hij was bijna zeker dat het een jager was. Mar langzaam aan kreeg hij het gevoel dat het niet Mystenia was. Neen de lucht leek langzaam aan kil te worden. Agenor bleef rustig zitten. Angst neen, moest hij angst hebben? Misschien, hij had fouten gemaakt, dat wist hij zelf ook wel. Maar hij was wel van plan om zijn fouten te verbeteren en op één of andere manier zou hij ook van de raad afkomen. Alleen wist hij niet zo goed hoe hij dat voor elkaar zou krijgen. Hij gromde lichtjes, niet naar de persoon die in de kamer zat. Maar meer naar zich zelf. Hij was de koning, zijn wil was wet. Ze zouden moeten luisteren naar hem! Hij was niet het slaafje van hun! Hij zag zijn volk ook niet als slaven van hem. Maar de laatste tijd leek het er op dat hij de bevelen opvolgde en niet uitdeelde. Daar moest maar eens een eind aan komen. De kilte nam toe in de kamer en ergens kwam het hem vaag bekend voor. Alsof hij die kilte al eens eerder had ontmoet. Hij keerde terug in zijn gedachten. Hij had het de laatste tijd zo druk dat hij nauwelijks meer wist wat hij allemaal aan het doen was, of zelfs had gedaan. Hij zocht even in zijn geheugen, de dagen leken allemaal zo op elkaar. Het was alsof hij vast zat in de tijd en niet vooruit kon komen. Elke dag was het zo wat het zelfde ritme. Het enigste wat hij vandaag niet gedaan had, was bij de bijeenkomst van de raad aanwezig zijn. Hij had geweigerd en was in plaats daarvan dus maar in zijn kamer aan het werk gegaan. Wat hij wel had gedaan was het grafsteen van zijn vader bezoeken. Nu had hij de antwoorden en hij voelde hoe een pak van zijn schouders viel. Waarom had hij het eigenlijk niet veel eerder gedaan. Nu hij er aan dacht leek het of de raad daar voor iets tussen zat. Het was alsof ze hem elke dag wel iets nieuw gaven om te doen. Bergen papier werk, dat niet alleen zijn rechterhad al had bekeken. Maar dat hij zelf ook eens dringend moet bekijken. Natuurlijk deed hij dat. Je wist maar nooit of er iets belangrijks tussen zat dat zijn aandacht dringend nodig had. Maar de laatste tijd waren het de gewone dingen. Gewone rapporten met niet veel nieuws… hij had al eens zijn stem de hoogte in laten gaan. hij had de raad al duidelijk gemaakt dat ze hem niet bezig moesten houden met zo’n belachelijke dingen. Dat hij wel betere dingen te doen had. Natuurlijk hadden ze zich meteen verontschuldigd en een tijdje was het stil geweest. Toch waren ze weer komen aanlopen met zo’n papieren waar hij niets aan had. Misschien kon hij ze daar wel voor ontslaan. Nou eigenlijk hij kon ze gewoon ontslaan! Hij was de koning dus… Misschien moest hij maar eens toegeven dat hij niet langer de prins was. Maar koning van het rijk! Hij zuchte lichtjes en concentreerde zich weer op het hier en nu. Het was duidelijk genoeg dat het niet Mystenia was. Die zou hem niet zo lang laten wachten. Zijn geduld raakte ook langzaam aan op. Trouwens hij was dan misschien een last minder. Dat betekende niet dat zijn humeur er op verbeterde. Hij was nog altijd wat pissig. Vooral op zich zelf. Hoe kon hij zo blind zijn? ”Als u nog lang verstoppertje speelt val ik straks nog in slaap!” Hij sprak het niet bepaald beleeft uit. Maar de persoon die hier was, kon hij nou ook niet echt beleefd noemen. Hij had geen probleem met de grijze jagers hun gewoonten. Nog kon het hem schelen hoe ze met hem contact makten; het kon hem eigenlijk ook niet veel schelen of ze nu wel of niet bogen voor hem. Normaal gezien zou hij ook niet zo gereageerd hebben. Maar de persoon die hier was zou ook wel al gemerkt hebben dat hij niet zijn beste dag ooit had. Hij merkte het zelf ook wel. Vooral omdat zijn wijn hem al helemaal niet smaakte. Er vloog een donkere wolk voorbij en even leek heel de kamer in duisternis gehuld te zijn. Hij had nog niet alle kaarsen aangestoken. Dus het was wel normaal dat het donkerder werd, nu het ook al later op de dag werd. De wolk dreef snel genoeg voorbij en hij schrok niet op toen hij opeens een gestalte voor hem zag. Hij kende dat gestalte. ‘Leonoor’ Dat kon maar één ding betekenen. Hij ging achteruit in zijn zetel zitten en lachte even naar de jager. Het was geen vrolijke lag en zijn ogen lachten al helemaal niet mee. Hij zou niet om de pot draaien. Hij keek naar de jager, zelfs nu zag hij de man niet duidelijk staan. maar hij kon duidelijk genoeg de boog en de pijlen zien. Hij had geen vrees, Agenor bleef rustig even in stilte zetten. ”Ik veronderstel dat u hier maar kan zijn om één reden… De raad.” Zijn stem was niet vriendelijk. Maar ook niet boos, hij sprak op een neutrale toon. ”Ik moet u er op wijzen dat ik nooit goedgekeurd heb wat ze van plan waren. Noch was ik van plan om u op weg te sturen.” Hij zweeg weer even en zijn blik gleed even naar de wijn. De wijn die vandaag niet smaakte. ”Maar ik zal niet zeggen dat ik geheel tegen hun idee in was.” Neen hij zou niet liegen. ”Ik was wel niet van plan om een spel met u te spelen, en ik begrijp het geheel als u nu een lage dunk van me hebt.” hij knikte even. Zijn blik ging weer naar het gestalte. Hij maakte geen excuses. Neen hij wilde alleen dat de jager duidelijk wist waar het om draaide. ”Ik ben blind geweest… Maar dat is nu voorbij. De tijd van deze raad is voorbij.” Dit zei hij niet zo zeer tegen de jager. Maar het kwam wel zijn mond uit gelopen. Hij keek serieus op naar de jager. Zijn ogen stonden weer helder en vast beraden. Hij maakte een handgebaar. Waarmee hij duidelijk de woorden die hij had gezegd een stop toe drukte. ”Dus wat heeft u te melden?” Zei hij op zakelijke toon. Deze keer klonk er wel vriendelijkheid in zijn stem. Hij had alles gezegd en zijn strenge gestalte vervaagde.
[1100]
A game with no players anymore ~ Agenor Agenoronder_zpsc5bb6c1e




Terug naar boven Ga naar beneden
Leonoor
Commandant
Leonoor


Man Aantal berichten : 812

personal info
Leeftijd: 24 years I have been walking on this world
Partner: You can't winn my love. My love is my freedom. Don't try to winn my love, you only get a broken heart. Sagitta, my hunterbird, she shows me to be free.
Paard: Danger, like the risks we take every day. Together we will go to where the wind us lead

A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: Re: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Emptyma aug 19 2013, 14:44

A game with no players anymore ~ Agenor Kaderbovenn
De stilte in de kamer was een kille, die elk moment naar je kon happen en je kon verzwelgen, maar bij hem deed hij dat niet. Hij had al gemerkt dat vandaag niet de beste dag van de koning was geweest, en hij moest toegeven, dat was te begrijpen. De koning zat duidelijk met iets op zijn lever en dat leek aan de koning te eten. Hij had wel aan de woorden gehoord dat de koning vandaag niet zo geduldig was, dat had hij gehoord toen hij nog in de schaduwen had gestaan en de koning had gesproken. ? ”Als u nog lang verstoppertje speelt val ik straks nog in slaap!” Hij had gehoord aan de toon dat de koning zeer ongeduldig was die avond, naast het feit dat de koning niet al te beleefd had gesproken. Maar ach, iedereen heeft zijn ups en downs, en de koning was duidelijk ergens klaar mee. Hij bleef staan en keek naar de koning. Hij wist dat hij nog steeds moeilijk zichtbaar was tegen de achtergrond aan, maar toch nog wel duidelijk zichtbaar voor de koning op dit moment. Er was één ding wat hij moest afhandelen, en daar had hij de koning voor nodig. Als de koning het nieuws al had gehoord, dan hadden ze hier nu niet zo gestaan. Hij had wel gezien dat de koning niet was geschrokken toen hij daar opeens had gestaan, de koning had natuurlijk al wel opgemerkt dat hij er was. Zoals gewoonlijk. Hij zag een blik van herkenning in de ogen van de koning, die wist nu wel goed wie hij was. Dit zou nog leuk kunnen worden. Hij keek hoe de koning languit in zijn stoel ging zitten en even naar hem lachte, maar hij kon zo zien en horen dat het geen vrolijke lach was, en hij kon duidelijk zien dat de ogen van de koning niet mee lachte. Wat wel verklaarde dat de koning dondersgoed had geweten waar de raad mee bezig was geweest. De koning keek naar hem, maar hij bleef verborgen in zijn kap. Misschien was het onbeschoft, maar hij weigerde zijn kap af te doen. Als hij zijn kap al niet eens voor Mystenia afdeed, laat staan dat hij hem dan voor de koning afdeed. De koning begon met spreken. ”Ik veronderstel dat u hier maar kan zijn om één reden… De raad.” De stem van de koning klonk niet vriendelijk, maar ook niet boos, meer neutraal. Ja hij was hier maar met een reden, maar een hele andere reden dan dat de koning voor hem dacht. ”Ik moet u er op wijzen dat ik nooit goedgekeurd heb wat ze van plan waren. Noch was ik van plan om u op weg te sturen.” Zei de koning, de koning zweeg even en hij zag hoe de blik van de koning naar de wijn toe ging, blijkbaar had de koning één cruciaal ding gemist in het plan van de raad, namelijk zijn dood en de dood van de koning. Maar ik zal niet zeggen dat ik geheel tegen hun idee in was.” Hij kon dat wel begrijpen, het was wel een manier geweest om te proberen om hem iets te leren, helaas was dat vreselijk verkeerd afgelopen, voor de raad dan, voor de koning? Dat wist hij nog niet. ”Ik was wel niet van plan om een spel met u te spelen, en ik begrijp het geheel als u nu een lage dunk van me hebt.” De koning sprak verder en knikte even. Hij wist dat de koning de waarheid sprak, hij had altijd al een lage dunk van de koning gehad, maar dat was omdat die niet in durfde te gaan tegen de raad. Misschien nu de koning zijn eigen raad kon aanstellen dat de koning het vertrouwen van de mensen terug kon krijgen, en een goede koning kon worden, zoals de oude koning dat had gewild. ”Ik ben blind geweest… Maar dat is nu voorbij. De tijd van deze raad is voorbij.” Zei de koning. De koning wist duidelijk niet hoe erg die daarmee in de roos schoot, het was nog steeds duidelijk dat de man nog niks wist van het voorval, en dat was nu maar goed ook. Hij wist dat de woorden die de koning had gesproken niet zo zeer tegen hem waren bedoeld, want anders waren het wel hele andere woorden geweest. Hij keek nog steeds naar de koning en had zich nog steeds niet bewogen, alsof hij een standbeeld was, een standbeeld dat bestond uit schaduwen. Hij zag hoe de koning hem serieus aankeek, ergens leek de jonge koning kracht te winnen, want die ogen stonden weer helder en vast beraden. Hij merkte dat de koning een handgebaar maakte, alsof die zichzelf een halt toe wou roepen. ”Dus wat heeft u te melden?” Zei de koning daarna. Dit keer lag er wel vriendelijkheid in de stem, maar voor hoelang die vriendelijkheid zou blijven? Heel even bleef hij nog stil staan en keek naar de koning. Als de koning het zou willen, dan zou die met gemak over het volk kunnen regeren, maar de koning had zijn taak niet goed gedaan, maar dat was meer omdat de raad alle macht naar zich toe had getrokken. Soms leek het wel alsof de koning zich als een prins gedroeg in plaats van als een koning. Maar met de documenten die hij had, zou daar direct een einde aan komen. Hij liep wat naar voren, meer de schaduwen uit, hij werd duidelijker zichtbaar en liep op de koning af, hij had nog steeds geen woord gezegd. Als de koning gevaar in hem zou zien, dan zou die toch te laat zijn om zijn wachters te kunnen roepen. Maar hij had geen kwaad in zin, niet meer. De raad had zijn wraak al ondervonden. Vlak bij de koning stopte hij. Hij keek de koning aan, heel even waren zijn oceaan blauwe ogen zichtbaar, maar ze stonden kil, niet vriendelijk, niet vijandelijk. Hij reikte naar iets in zijn mantel en trok daar de papieren uit. Hij stak de papieren naar de koning uit, ze zaten opgerold, maar bovenaan de rol, zaten een paar bloedvlekken, niet van hem, maar dat maakte niet uit. De koning zou er al gauw achter komen dat het afkomstig was van een van zijn oude raadsleden. Toen de koning de papieren vast had liet hij de rol los, om weer zijn hand in zijn mantel te steken. Hij haalde een lang koord uit zijn mantel, met daaraan de twaalf ringen van de raad, 11 van de raadsleden en het grote zegel waarmee de raad altijd tekende. Hij legde het koord op tafel, naast de wijn. En stapte toen weer achteruit, zodat de koning meer ruimte had. Hij ging weer voor een groot deel op in de schaduwen. Aan een paar van de ringen kleefde bloed, de koning mocht zelf maar raden wat er was gebeurt. Hij keek naar de koning, afwachtend op wat komen zou.

Blood flows,
People die,
He’s standing there,
Taking his revenge..


1168 woorden.
A game with no players anymore ~ Agenor Onderkant
Terug naar boven Ga naar beneden
Agenor
King
Agenor


Man Aantal berichten : 33

personal info
Leeftijd: 36 years!
Partner: I don't have a wife yet!
Paard: Kaname

A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: Re: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Emptyvr sep 27 2013, 16:11

A game with no players anymore ~ Agenor Agenorkader_zpscc427148
Papieren, bloed en ringen. Alleen die kleine drie dingen waren genoeg om te weten waar het over ging. Die ringen behoorden toe aan de raadsleden. Die papieren kende hij ook goed genoeg. De ontslag brieven voor de raadsmannen en bloed… Hij keek bedenkelijk naar de papieren en het bloed. Ze moesten wel getekend zijn en dat moest ook betekenen dat niet alle mannen dood waren. Als er al een dode was. Maar dat bloed voorspelde niets veel goeds. Moest hij Leonoor nu straffen? Hij kon niet zeggen dat hij niet blij was met dit ‘geschenk’. Maar hij kon zich zo voor de ogen halen dat het ook niet echt volgens de regels was gegaan. Maar niemand hoefde dit te weten. Zijn woord was wat en als hij zei dat de raad gewoon ontslag had genomen dan was dat dan ook zo. Er zou geen woord uitgesproken moeten worden over de jager. Dan moet die ook niet in de problemen komen. Maar het zou hem verwonderen als deze man al in de problemen zou raken. Als er iemand in de problemen zou raken dan was hij het wel. Hij zuchte even stil. Maar hij verdiende het wel en hij zou er alles aan doen om het goed te maken. Om beter te worden en eindelijk eens op te staan als een echte koning. Ook al zou het wel wat tijd vergen. Hij zuchte nog eens. Agenor probeerde zich weer te concentreren op het gestalte dat voor hem stond. Het was moeilijk door de schaduwen. Maar het maakte niet zo veel uit. Hij knikte even en een kleine glimlach ontstond op zijn lippen. Nu kon er wel weer een grapje van af. Zo kon het ijs ook weer eens gebroken worden. Maar ijs, ergens leek het of heel deze jager uit ijs was gemaakt. Een kil gevoel had hem bekropen. Maar hij had het gewoon genegeerd. Het was anders dan bij Mystenia, want die was makkelijk in vlam te zetten. Neen erger nog, die kon je altijd wel laten ontploffen en Agenor vond het altijd leuk om haar zo ver te lokken dat ze echt haar geduld verloor. Maar elke keer werd het moeilijker. Mystenia was heel goed in het beheersen van haar emoties. Ze vloog ook nooit echt uit en ze bleef beleefd. Maar als je op haar staart trapte dan had ze altijd wel iets klaar staan om een steek terug te geven. Hij had zo al veel steken gekregen. Van deze jager kreeg hij niets. Het was gewoon een schaduw die in zijn kamer stond. Geen geluid en nauwelijks zichtbaar. Maar toch gaf deze jager hem wel een groot genoegen. Zelfs zonder een bevel. Of had Mystenia hier op de één of andere manier mee te maken. Neen Mystenia zou hem een bericht hebben gegeven. Toch kon hij er niet zeker van zijn. Je wist het nooit met die jagers. Daarom waren ze ook zo gevaarlijk. Je kon ze niet controleren en het was aan hun om te beslissen of ze je wilde dienen of niet. Dus eigenlijk lag het ook aan je zelf. Oftewel deed je het goed en bleven de jagers trouw. Oftewel deed je fout en was je leven in gevaar. Had zijn leven aan een zilveren draadje gehangen? Hij drukte de gedachten weg. Deze jager had waarschijnlijk ‘weer’ op zijn eigen gehandeld. Hij zou de man dus ook niet straffen. Neen dat zou hij aan Mystenia overlaten. Als die de man wel zou straffen. Eigenlijk hoefde de man niet gestraft te worden. Op de ene manier had hij goed gedaan en dat besefte hij zelf maar al te goed. Aan de andere kant was de jager wel tegen een paar regels ingegaan. Maar wie zou het ooit weten? Hij zou de man buiten schot houden… ”Binnen kort begin ik nog te geloven dat grijze jagers zwarte magie bezitten…” Zei hij terwijl hij recht stond. Hij zou niets over de regels zeggen. De man zou dat zelf ook wel weten. Maar dan had hij zich er gewoon niet van aan getrokken. ”Ik zou u persoonlijk willen bedanken. Zelfs in het openbaar.” Zijn blik gleed even naar de papieren en het bloed. Daarna ging zijn blik weer naar de schaduwen. ”Maar ik geloof dat het beter is dat dit tussen ons blijft…” Agenor kraakte zijn vingers even en stapte toen naar de deur. Hij stopte nog even en draaide zich nog om. Als koning was hij niet verplicht gedag te zeggen. Hij mocht gewoon gaan en staan waar hij wilde en de anderen zouden het normaal vinden. Maar voor deze man maakte hij graag een uitzondering. ”Als u mij nu wilt excuseren. Ik heb nog een hoop werk te doen.” Hij schonk de jager weer één van zijn zeldzame vriendelijke glimlachjes. ”Trouwens ik wens je veel succes met Mystenia.” natuurlijk was dit als grapje bedoelt en Leonoor zou zelf wel weten wat hij bedoelde. Daarna draaide hij zich om en verliet de kamer. Hij liet de brieven liggen. Ook de ringen liet hij achter. Zijn kamer werd bewaakt en voor nu waren ze daar het veiligste. Hij zou naar zijn adviseur gaan. Om duidelijk te maken dat de raad ontslag had genomen en dat hij dus zo snel mogelijk een luist wilde van alle mensen die in staat waren om in de raad te zetelen. Verder wilde hij ook dat de oude raad zo snel mogelijk uit het kasteel werden gestuurd. Ook zou er waarschijnlijk veel werk zijn voor het personeel om het bloed op te kuisen. Hij zuchte. Het was alsof hij dat nu zelf moest gaan opkuisen. Maar hij had daar mensen voor. Niet dat hij die mensen dat zo graag zag doen. Neen dat was waarschijnlijk geen leuk karwei. Er was een last van zijn schouders, maar er was ook weer één bij gekomen. Hij moest nu zorgen voor een nieuwe raad. Met mensen die hij vertrouwde. Mensen waarop hij kon rekenen. Een jager in de raad, zou dat mogelijk zijn? Zo ver hij wist niet. Maar wie kon hij vertrouwen? Trouwens was hij zelf wel te vertrouwen? Dit zou nog problemen brengen. Maar van af vandaag zou was hij een echte koning. Vrij van alle banden die zijn vader had gemaakt. Het was nu zijn beurt om een eigen web te spinnen. Één die het land kon beschermen. Hij leefde nog en dat moest toch betekenen dat de jagers nog vertrouwen in hem hadden. Dan moest het ook mogelijk zijn om de rest zo ver te krijgen. Hij was er van overtuigd dat het hem zou lukken. Met wat tijd en wat geduld.
[1100]
A game with no players anymore ~ Agenor Agenoronder_zpsc5bb6c1e




Terug naar boven Ga naar beneden
Leonoor
Commandant
Leonoor


Man Aantal berichten : 812

personal info
Leeftijd: 24 years I have been walking on this world
Partner: You can't winn my love. My love is my freedom. Don't try to winn my love, you only get a broken heart. Sagitta, my hunterbird, she shows me to be free.
Paard: Danger, like the risks we take every day. Together we will go to where the wind us lead

A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: Re: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Emptyza okt 05 2013, 00:00

A game with no players anymore ~ Agenor Kaderbovenn
Een stilte heerste in de kamer, terwijl hij naar de koning keek. Hij wist dat de drie dingen de koning meer dan genoeg zouden zeggen, maar wat de man nu zou gaan doen? Dat wist hij niet. Hij stapte iets terug in de schaduwen, zodat hij weer verdween, hij hield er niet van om zo open in het licht te staan terwijl er andere mensen waren, dan voelde hij zich bekeken, het maakte niet uit in welke situatie hij zich bevond, dat gevoel was er dan altijd. Hij bleef naar de koning kijken en zag wel de twijfel in de ogen van de man, hij kon haast raden waar de man over dacht, hem straffen of niet? Eigenlijk maakte het hem niet uit wat de koning zou oordelen, als de koning zou besluiten hem te straffen, dan zou hij die straf gewoon ondergaan, als de koning hem besloot niet te straffen dan was dat alleen maar meegenomen. Hij hoefde niks van een eerding of hoe ze het dan ook deden aan het hof. Hij had dit niet voor de koning gedaan, maar voor het land, en omdat de raad had geprobeerd een spelletje met hem te spelen, en dat was iets wat hij niet tolereerde. Hij had dan niet volgens de spelregels gespeeld, maar de raad speelde al veel langer niet meer volgens de regels, en als de koning dat niet in wou zien, dan wist hij niet zeker of het land met de nieuwe raad wel beter af zou zijn. Maar hij wist dat het een sprong in de diepe was, in dit opzicht moest hij maar gewoon de koning en de nieuwe raad vertrouwen, en anders, dan zou hij hun nog wel een nachtelijk bezoekje brengen. De enige aan wie hij nog een uitleg moest geven was natuurlijk aan Mystenia, maar die zou het wel snel genoeg te weten komen. Hij bleef naar de koning kijken en zag de stemmingen van de koning een paar keer wisselen, hij besteedde er verder geen aandacht aan, hij zou toch niks zeggen. Hij wist dat de koning op zoek was geweest naar een kans om op te komen voor zichzelf en voor het volk, en nu had hij de baan vrij gemaakt voor de koning om dat te doen. De beurt was nu dus aan de koning, de beslissingen die de koning zou gaan maken, waren alleen bij hem besloten, dus hij kon het ook niet meer op de raad afschuiven, maar zou zelf de verantwoordelijkheid moeten nemen ervoor. Opnieuw hoorde hij de koning zuchtte, die had duidelijk veel om over na te denken, en hij wist wel waarover. De koning keek weer op, naar hem. De koning knikte even en hij zag een kleine glimlach die ontstond op de lippen van de koning. Het was duidelijk in de ogen van de koning te zien dat die nadacht, bij mensen verscheen dan altijd zo’n lichtelijk wazige blik. Op zulke momenten zou hij bijna wensen dat hij kon weten wat de mensen dachten, alleen maar om te kijken of hij er iets aan had of niet.
Zijn aandacht bleef gericht op de koning, als hij de koning door had gewild, dan had hij al vele malen de kans gehad, en dan had de koning zeker weten niet meer geleefd. Hij had binnen in zijn mantel nog een aantal papieren die gingen over de aanslagen die ze tegen de koning hadden beraamd, maar die zou hij de koning niet persoonlijk overhandigen, nee die zou hij achter laten. Sommige dingen wou je niet persoonlijk overhandigen, dan werden dingen te gecompliceerd. Hij was loyaal aan de jagers, en de jagers waren loyaal aan de koning, zolang die deed wat het beste was voor het land. Hij bleef naar de man kijken. Als de man hem niet zou straffen dan zou Mystenia dat waarschijnlijk wel doen, hij had zo’n vaag vermoeden dat dat nog een hele strijd zou gaan worden. ”Binnen kort begin ik nog te geloven dat grijze jagers zwarte magie bezitten…” Zei de koning toen. Hij keek naar de man, je wist het maar nooit zeker met grijze jagers. Natuurlijk wist de man de techniek voor een groot deel achter de kenmerken van de jagers, maar er waren ook vele dingen die binnen het korps bleven. Dingen die het daglicht niet konden verdragen, die de koning nooit zou weten, maar als je het van de andere kant bekeek, was het misschien maar beter ook. Niet jan en allemaal hoefde de geheimen van het korps te weten. ”Ik zou u persoonlijk willen bedanken. Zelfs in het openbaar.” De blik van de koning gleed even naar de papieren en het bloed. Hij zei niks, maar van binnen moest hij er niet aan denken, hij had het niet zo op openbare gelegenheden, vooral niet als het dingen waren die hem aan gingen en als hij in het openbaar werd bedankt, want dat zou namelijk betekenen dat hij zijn kap af zou moeten nemen, aangezien je dat doet in het bijzijn van de koning. Hij zei niks, wat de zin zei dat de koning dat niet van plan was, en daar was hij het bij voorbaat al mee eens. ”Maar ik geloof dat het beter is dat dit tussen ons blijft…” Die woorden van de koning bevestigde wat hij al dacht. Agenor kraakte even met zijn vingers en liep toen in de richting van de deur. Als hij echt kwade bedoelingen had gehad, dan had de koning nu met een pijl door zich heen op de grond gelegen, maar dat was niet het geval, dus dat kon alleen maar betekenen dat hij achter de koning stond en vertrouwen in de jonge man had. Het leek erop dat de koning weg ging, maar die draaide zich toch nog op, duidelijk nog van plan wat te gaan zeggen. ”Als u mij nu wilt excuseren. Ik heb nog een hoop werk te doen.” Het was wel erg ongewoon voor een koning om zich te excuseren bij mensen die lager in rang stond, opnieuw glimlachte de man naar hem, iets wat die de vorige keer dat hij hier was zeker weten niet had gedaan, blijkbaar een zeldzaam iets van de koning. ”Trouwens ik wens je veel succes met Mystenia.” Hij zweeg, zoals gewoonlijk, hij had wel opgemerkt dat het een grapje was, maar er zat ook wel een deel van de waarheid in. Hij zou nog wel van Mystenia op zijn kop krijgen hierom, en eigenlijk was hij daar wel op voorbereid. Hij zag hoe de koning de kamer verliet. Pas toen hij zeker wist dat de koning uit de kamer was, haalde hij de rest van de papieren uit zijn mantel. Hij legde ze neer op de tafel, naast de ontslagpapieren en de ringen. Hij zag iets verder op een inktpot met een veer staan. Hij trok een leeg papiertje uit een van zijn zakken en schreef erop. Hij legde daarna de spullen weer netjes terug en liep toen weer naar de tafel waar de papieren lagen. Hij legde het papiertje boven op de bewijzen dat er aanslagen waren gepleegd of waren beraamd tegen de koning. Daarna draaide hij zich om en liep hij terug naar de geheime gang. Hij trok de deur open en sloot die weer achter zich. Hij liep terug de gangen in. Terug naar Danger toe. Het duurde niet heel lang voordat hij weer in het zadel zat. Hij gaf Danger de sporen en de hengst galoppeerde weg. Terwijl hij weg galoppeerde liet hij het paleis achter zich, nu was het de beurt van de koning. Zoals hij op het briefje had geschreven; “A game is no game without players, but remember to never use a ranger as a pion, they also are players, Now it’s your turn King Agenor”

When you don’t expect it,
He comes out and decide
To save you,
Or to kill you..


1310 woorden.
Topic uit
A game with no players anymore ~ Agenor Onderkant
Terug naar boven Ga naar beneden
Gesponsorde inhoud





A game with no players anymore ~ Agenor Empty
BerichtOnderwerp: Re: A game with no players anymore ~ Agenor   A game with no players anymore ~ Agenor Empty

Terug naar boven Ga naar beneden
 
A game with no players anymore ~ Agenor
Terug naar boven 
Pagina 1 van 1
 Soortgelijke onderwerpen
-
» Do you fear the shadow, my king..~ Agenor

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
 :: Royals :: King's rooms-
Ga naar: