Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.



 
IndexPortalZoekenLaatste afbeeldingenRegistrerenInloggen
Spring is gekomen in GJ,de dagen worden weer langer en blad groeit opnieuw aan de bomen.
Een nieuw seizoen met vele mogelijkheden en een hele hoop nieuwe mensen.
Mvg Het team



 

 I'm untamable, remember that ~ Myron

Ga naar beneden 
2 plaatsers
Ga naar pagina : Vorige  1, 2
AuteurBericht
Scarlet

Scarlet


Vrouw Aantal berichten : 272

personal info
Leeftijd: 21 years I'm already on this world fighting the rest.
Partner: So not, I'm love my freedom and will stay forever like that
Paard: My dangerous Bloodhunter brings me where I need to go

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Empty
BerichtOnderwerp: Re: I'm untamable, remember that ~ Myron   I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Emptyma sep 02 2013, 01:39

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 0qda
Ze zag Bloodhunter staan, de hengst keek haar vragend aan, maar ze reageerde niet. Ze trok de mantel van haar zadel af en deed die om. Ze zette zich af en steeg op. Zonder enige waarschuwing pakte ze de teugels stevig vast en gaf de hengst de sporen. De hengst leek te merken dat er iets was dat zijn bazin op haar heupen zat en volgde haar orders. De hengst galoppeerde met grote passen door the burned forest heen, zonder sporen na te laten of veel geluid te maken. De hoeven van de hengst die neerkwamen maakten angstaanjagende geluiden, nog net zo wild en ontembaar, en duister. Ze had de kap over haar haren heen getrokken, de mantel wapperde achter haar aan. Het maakte haar even niks meer uit waar ze naar toe gingen. Op dit moment wou ze weg, weg bij de snob en de hond vandaan, weg van die goudkleurige ogen die haar o zo bekend voorkwamen, maar die ze niet kon koppelen. Weg van alle herinneringen die de snob in haar opbracht. Het duurde even voordat haar adem minder gejaagd klonk. Ze sloot haar ogen en dacht even na. Even gingen haar gedachten terug naar het moment vlak voordat ze weg was gelopen van de plek vandaan waar de snob met die hond had gelegen. Ze had wel gezien hoe de ridder verbaasd naar de hond had gekeken toen die opeens begon te grommen. Ze had gezien dat hij toen rond had gekeken, maar uiteindelijk toch de blik van de hond had moeten volgen om haar te vinden. Ze had gezien dat hij niet had weggekeken, maar haar blik had vastgehouden, normaal hielden mensen dat niet zo lang vol. Er had iets van verwarring in zijn gouden ogen gelegen, misschien verwarring om wat hij in haar ogen had gezien, of om iets anders. De laatste blik die ze in zijn ogen had gezien, toen ze zich had omgedraaid, die had ze niet begrepen. Maar eigenlijk wou ze het ook niet begrijpen. Ze was al lang blij dat hij haar niet achterna was gekomen. Het laatste waar ze behoefte aan had, was een bemoei zuchtte snob die dacht dat hij alles kon. De hengst ging nog harder rennen toen ze de teugels losser liet. De hoeven van de zwarte hengst kwamen hard neer op de grond. De nacht viel snel, maar dat maakte haar niet uit. Ze liet de hengst na een tijdje stappen. Ze keek voor zich uit, even niet in staat om na te denken, laat staan om iets te doen. De hengst bleef met opgeheven hoofd doorstappen, alsof er niks aan de hand was. De wind sloeg met harde slagen om haar heen, maar het maakte haar niet uit. De maan verscheen in de lucht, het was niet erg heldere nacht. Ze liet de hengst na een tijdje stilhouden en keek naar het dorp wat iets lager in het dal lag. Ze slaakte een diepe zucht en bleef even wezenloos ernaar kijken.
Ze wist wel, dat zodra ze nu zou verschijnen uit the burned forest, dat er weer verhalen de ronden zouden gaan, verhalen van de rode duivel. Maar ook dat maakte haar niks meer uit. De wind deed haar mantel opbollen, en liet het gejank tussen de bomen door gaan. Het beruchte gejank waarvan men dacht dat het geschreeuw en het lijden was van de mensen en de bomen die hier om waren gekomen bij de brand, maar zij wist wel beter. De hengst schudde even wild met zijn hoofd. Ze liet even haar vingers door zijn manen heen glijden. In deze wereld was hij haar enige vriend. Ze had er lang geleden één verloren, maar tijdens de krijgsschool had ze er een terug gekregen. De enige op wie ze kon vertrouwen, de enige die haar vertrouwde. Even gleed haar hand weer naar de ketting om haar nek heen en sloten haar vingers zich om het zilveren vogeltje. Ze dacht aan de woorden die haar witte engel toen tegen haar had gezegd: ”Het zal je geluk brengen… Het staat voor je vrijheid. Want jij bent een vogel die niet thuishoort in een kooi.” Daarna had hij nog wat gezegd: . ”Vergeet dat niet.” Toen hadden ze nog kunnen lachen. Maar na al die jaren, herinnerde ze zich die woorden nog heel goed. Ze was ze nooit vergeten. Vele hadden haar geprobeerd haar vrijheid te ontnemen, maar nooit had ze dat toegestaan. Zij was vrij, dat was het enige wat haar nog restte. Het was het enige wat ze nog van hem had, van haar witte engel. Ze schudde haar hoofd, de emoties verdwenen weer uit haar ogen. De kille en harteloze blik kwam terug in haar ogen.
Ze gaf Bloodhunter de sporen. De hengst sprong vooruit en ze liet hem zijn gang gaan. Ze probeerde niet eens om tegen te houden. Ruiter en paard waren een. Waar zij kwamen, zou bloed vloeien, wie het waagde hun aan te vallen, zou in bloed eindigen. Ze bleef fier overeind zitten in het zadel. De hoeven kwamen gelijkmatig op de grond neer. Haar blik was gefixeerd op het dorp, ze had wel gezien dat er iets buiten het dorp er zich ook lichtjes bevonden, maar besteedde er geen aandacht aan. Niet dat het haar op dat moment ook maar iets uitmaakte. De hengst gooide zijn hoofd even in de lucht en galoppeerde verder. Ze galoppeerde naar de rand van the burned forest toe. De hengst ging harder rennen. Ze zag de lichtjes die dichterbij waren verdraaien, maar haar ogen waren gefixeerd op het dorp. Het groepje met lichtjes kwam steeds dichterbij. Pas toen ze er dichtbij was, besefte ze, dat geen enkele burger uit het dorp op zich moment buiten het dorp zou wagen door de verhalen van het bos. Dit moesten dus buitenstaanders zijn. De hengst brieste even zacht en trok aan de teugels, het was duidelijk dat de hengst het niet vertrouwde.
Haar hand had ze onbewust op het gevest gelegde toen ze dichterbij kwam. Het werd duidelijk dat het een groepje mannen waren, maar deze kende ze niet. Ze vertrouwde het niet, en het was duidelijk dat de hengst er ook zo over dacht. De mannen keken weer om, maar ze was nog gehuld in de schaduwen. Het was een voordeel dat ze een zwarte mantel omhad, en dat haar paard zwart was. Toen ze de zwaarden en knuppels in de handen van de mannen zag, wist ze genoeg. Deze mannen hadden weinig goed in zin. Niet dat ze zo loyaal was aan de baron, maar ze kon er niet tegen als er onschuldige burgers zouden sterven. Daarnaast was het haar taak als ridder om er iets aan te doen. De mannen hadden de hoefslagen van de hengst gehoord. Ze namen een aanvallende formatie aan. Ze liet haar kap nog over haar hoofd heen zitten, afwachtend wat de mannen zouden gaan doen. De mannen blokkeerden de weg, en ze wou ook niet de hengst van de weg afsturen, de hengst zou zijn benen wel kunnen breken door stenen, en dat wou ze niet. Ze zweeg en liet de hengst een paar meter van de mannen halt houden. Wat de mannen tegen elkaar riepen, dat kon ze niet horen, maar de voorste stormde op haar af met getrokken zwaard, dat was voor haar genoeg. Ze verstevigde haar greep en trok haar zwaard, in het zelfde moment spoorde ze de hengst aan, een windvlaag kreeg vat op haar kap en waaide die af. Haar rode haar werd zichtbaar, en leek op vuur door het licht en schaduwspel van de fakkels. Ze waren in een fractie van een seconden bij de eerste man, haar zwaard lichtte bloedrood op in het licht. De man was direct onthoofd zonder dat die iets had uit kunnen richten. Het zwaard lag licht in haar hand, zoals altijd. Het leek even dat de mannen hun moed leken te verliezen, maar toen zag hij iets van hoop. Ze hadden door dat ze een vrouw was, dus zwak en alleen. En dat was hun tweede fout. Ze was niet zwak en dat zouden ze ondervinden ook. Ze probeerden haar te omsingelen, maar de scherpe hoeven van Bloodhunter maakte al snel een einde aan.
Lang duurde het gevecht niet, van het blad van haar zwaard droop het bloed af. Haar groene ogen keken de laatste twee mannen kil aan. Ze hadden hun zwaarden en wapens aan de kant gegooid. Ze dacht na wat ze met de mannen zou gaan doen. Om ze zomaar te doden, tja daar had ze ook niet veel aan, de rest van de mannen was toch al dood. ”Bind de handen van elkaar vast” zei ze op gebiedende toon. De mannen gehoorzaamde direct, het enige wat ze zag was angst in hun ogen, en dat was maar goed ook. Ze veegde het bloed van haar zwaard af, door het langst de mantel van een van de mannen te halen, daarna stak ze het terug in zijn schede. Ze voelde wel iets warms over haar arm heen lopen, maar dacht er verder niet over na. Ze boog voor over en pakte het lange uiteinde vast van het touw. Ze trok eraan en liet Bloodhunter draven, de mannen moesten rennen om haar en de hengst bij te houden, niet dat het haar veel uitmaakte, anders zouden ze meegesleurd worden. Het duurde niet lang voordat ze de lichten van het kasteel zag. De wachters keken verbaasd op bij het geluid van paardenhoeven. Niemand was graag buiten op dit tijdstip, nouja van de andere burgers dan. De wachters zagen het bloed wel op de twee gevangenen, maar zwegen. “De rest ligt op het pad naar the burned forest toe” Sprak ze zonder dat er emotie in haar stem door klonk, alsof het haar niks kon schelen dat ze net zoveel mensen hun leven had ontnomen. Beter hun leven, dan die van onschuldigen. ”red ons” smeekte een van de twee mannen aan de wachters, ze zag de medelijdende blikken wel van de mannen, maar het deed haar niks. ”De rode duivel, ze is ons komen halen” piepte de andere. Ze had de neiging te rollen met haar ogen, maar dat deed ze niet. Ze gooide naar één van de wachters het touw met daaraan de twee gevangenen. Zonder verder nog een woord te zeggen draaide ze de hengst om. Bloodhunter galoppeerde weg, de vier mensen achter latend.
Ze galoppeerde door de straten heen, maar ze waren al weer zo snel weg dat er niemand wakker van werd. De hengst stopte bij haar huis en ze steeg af, ze klopte hem op zijn hals en leidde hem naar achteren toe. Snel zadelde ze hem af en gaf hem een verdiende poestbeurt, relaxt liet de hengst zijn hoofd hangen. Ze glimlachte even, het duurde niet lang voordat de hengst in zijn box stond, te knabbelen op het verse hooi. Ze rekte zich even uit, en besloot toen maar haar huis in te lopen. Ze gaapte even en liep de trap op. Zin om een bad te nemen had ze niet, ze schopte haar laarzen uit en liet zich op het bed vallen, het duurde niet lang voordat de slaap kwam. Het kraaien van de haan maakte haar al weer wakker, soms wou ze dat ze de haan van de buren eens een kopje kleiner maakte, maar tot nu toe had ze dat nog steeds niet gedaan. Redelijk slaperig kwam ze overeind, en kleedde ze zich om. Ze voelde wel iets van lichtte pijn in haar rechterbovenarm, maar besteedde er geen aandacht aan. Ze wist wat haar vandaag te doen stond. Het toernooi kwam al snel en ze moest de hengst maar weer eens laten wennen aan zijn gewaden. De zon was nog niet eens hoog op. Ze rekte zich uit en liep naar beneden, zoals gewoonlijk pakte ze wat van de fruitschaal af en nam een appel mee voor Bloodhunter, ze at het fruit op en liep de stal in. Ze voerde de appel aan de hengst die hem smakelijk op at. Ze gaf hem de rest van zijn eten en ging op een stro baal zitten terwijl ze voor zich uitstaarde, zoals gewoonlijk hing haar zwaard aan de riem om haar middel heen. Ze zou in the burned forest wel kijken hoe erg het zwaard onder de bloedvlekken zat.
Ze schrok op uit haar gedachten toen Bloodhunter hinnikte, de hengst was duidelijk klaar om weer op pad te gaan. Ze grinnikte even zachtjes. Ze opende zijn box en gaf hem een uitgebreide borstel beurt. De hengst sloot genietend zijn ogen, snel zadelde ze hem op. Ze had de gewaden opgevouwen in een bundel zitten die ze achterop het zadel vastbond. De hengst brieste even zachtjes en verzette een paar stappen, nieuwsgierig waarom er extra gewicht op zijn rug lag. Ze wist wel, dat ook zij aan het gewicht van haar harnas zou moeten wennen, maar op dit moment besteedde ze daar weinig aandacht aan. De hengst duwde tegen haar buik aan, en zacht hoorde je het geluid van een maliënkolder, ze had het ding maar aangetrokken, maar wel zo, dat het onder haar kleding verborgen ging, niemand zou het opmerken, behalve de hengst die meer gewicht zou moeten dragen. De rest van het harnas zou later wel komen, eerst maar weer eens hier aan wennen. Ze leidde de hengst de stal uit en steeg op. Zacht liet ze hem weg bij haar huis vandaan stappen, ze gunde haar buren ook maar eens een rustige ochtend, ze was al weer verdwenen voordat er andere mensen op straat waren, waardoor ze net de appels en ook heer Myron misliep. Niet dat dat een probleem was voor de appels. Het briefje was weggewaaid, en de buren hadden zich over de appels ontfermd. Wat wel vaker voorkwam. Wederzijdse haat, dat was er tussen haar en haar buren.
De wind waaide in haar gezicht, maar het deed haar niks. De groene ogen stonden weer kil en afstandelijk. De deuren hadden zich weer gesloten, de verdediging had zich hoog opgeworpen. Na een tijdje liet ze de hengst terug gaan naar stap, en uiteindelijk liet ze hem stoppen. De hengst wist dat ze iets ging doen en hinnikte even laag, the burned forest echode zijn hinnik, maar lager en spookachtiger. Ze liet zich uit het zadel glijden en rekte zich even uit. Ze maakte de bundel los en begon toen de gewaden om de hengst heen te hangen, het was duidelijk dat de hengst er niet veel van moest hebben, maar het stond hem wel goed. De gewaden waren zwart, en alleen bij de flanken stond haar embleem, de zwarte wolf, afgeschilderd tegen bloed en vlammen, het was perfect te zien op de zwarte gewaden. De hengst trapte er even tegen aan, en ze grinnikte. Ze deed hem nog maar niet zijn kopstuk op, dat zou later wel komen. Ze klikte met haar tong, de hengst zou de gewaden toch niet los kunnen krijgen. De hengst steigerde even laag en galoppeerde er toen vandoor, de hengst zou toch wel terug komen. Ze was langer dan een uur bezig geweest met het vast maken van de gewaden, vandaar dat ze hem nu los had gelaten, kon hij zijn energie uitrennen. Ze ging zitten op de grond en keek wezenloos voor zich uit, opeens maakte ze haar zwaard los van haar riem en trok het uit zijn schede, ze legde het op haar schoot neer en bekeek het. De zwarte mantel lag om haar heen gedrapeerd, maar de kap had ze niet op. De wind speelde met een paar losgeschoten plukjes rood haar. Haar vingers gleden over het blad van het zwaard heen, afwezig veegde ze de laatste bloedvlekken weg, helaas lette ze even niet op, en ontstond er sneetje in haar handpalm. Ze gromde even, ze keek hoe de bloeddruppel op het blad viel en zich uitspreidde, Ze drukte even haar andere vingers op de wond, en wachtte totdat het opgehouden was met bloeden, wat niet al te lang duurde. Opnieuw had het zwaard zijn bloed gehad. Ze veegde het bloed van het blad weg, maar liet het zwaard op haar schoot liggen terwijl ze naar het dorp keek. Dof voelde ze een pijl in haar rechterbovenarm, maar ze keek er niet naar, waardoor het haar ontging dat haar kleding rood kleurde van bloed, tijdens het gevecht die nacht, had een van de rovers het voor elkaar gekregen, om een lange snee in haar bovenarm te maken, maar door de hitte van het gevecht had ze dat niet gemerkt, diep was het niet, maar het kon ellendig gaan ontsteken als het niet behandeld zou worden.
De hengst galoppeerde wild door the burned forest heen, en dook toen op bij Heer Myron, Flamelight en Whiteshadow, niet het gezelschap wat de hengst aan wou treffen. De hengst steigerde even wild en gevaarlijk, de gewaden lieten hem er alleen maar gevaarlijker uitzien. Wild schuddend met zijn hoofd leken de zwarte ogen zich te fixeren op de ridder, alsof hij hem iets duidelijk wou maken. Toen draaide hij zich opeens om en even snel als hij was verschenen, was hij weer verdwenen, terwijl de hengst door het bos heen galoppeerde, terug naar zijn bazin, Scarlet, de rode duivel. Ze zat nog steeds op de zelfde plek en keek voor zich uit, terwijl de bloedvlek op haar kleding bij haar rechterbovenarm groter werd, maar de rode duivel leek niks te voelen. De groene ogen keken afwezig, maar toch kil en afstandelijk naar het dorp dat iets verderop lag, De plek waar gisteren de slachting had plaatsgevonden, was nu duidelijk te zien, de lijken waren al geborgen, maar de bloedvlekken lagen er nog. Ze bleef daar zitten, terwijl het bloed zich verspreidde op haar arm. Het zwaard lag als een stille dreiging op haar schoot. De zwarte hengst stopte naast haar en bleef stil staan. Samen waren ze daar, maar toch. Ze waren eenzaam, een eenzaamheid die maar weinigen begrepen, geteisterd door herinneringen die bijna niemand anders had, Tijd moest alle wonden helen, maar dat had het bij haar nooit gedaan. Misschien was dat de reden dat ze hier zich zo thuis voelde, omdat er hier een sfeer van leed hing, eentje die ze begreep. Maar de blik in de groene ogen bleef kil, of die ogen ooit weer zouden lachen?

when you’re broken,
When you fall apart,
You need to get a hold on yourself,
And play the game..


3069 woorden.
I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Uq82
Terug naar boven Ga naar beneden
Myron

Myron


Man Aantal berichten : 212

personal info
Leeftijd: 21,5 I'm still young, but how long have I to live?
Partner: I'm not sure what love is. But when I find her, I will fight for it.
Paard: Flamelight

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Empty
BerichtOnderwerp: Re: I'm untamable, remember that ~ Myron   I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Emptyma sep 02 2013, 10:58

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Evvw


Met een zucht veegde hij het zweet van zijn hoofd. Hij was trots op zijn training. Maar lachen kon hij niet. Zijn gedachten gingen weer naar de baron. Ja hij had de taak aangenomen… Toch er leek iets mis te zijn met de mensen hier. De sfeer was helemaal anders dan bij zijn thuis. Hij had ook niet echt iets voor de baron van dit leen. Baron Rinaldo leek veel beter te zijn en die zou nooit zomaar andere ridders achter een andere ridder aan steuren. Neen die zou proberen de taak eerst zelf af te handelen. Niet als een bange kip zich verstoppen achter een ander. Maar dat was wel wat de baron hier deed en wie was nu zijn schild? Hij… Myron gromde even, misschien had hij dat beter eerder gezien. Toch zou dat het verschil hebben gemaakt? Zou hij dan neen gezegd hebben? Hij schudde zijn hoofd en stak zijn zwaard terug in de schede. Hij ging zitten met zijn rug leunend tegen de boom. Hij wist niet hoe het kwam. Maar de mensen hier leken heel anders dan bij zijn thuis. Het leek alsof de mensen hier niets anders kenden dan haat. Een diepe haat tegen elkaar en een diepe angst voor iets dat ze niet konden begrijpen. Je hoefde geen angst te hebben voor het onbekende. Neen je moest er juist met open armen naar toe springen en het ontdekken! Pas dan kon je echt weten of de angst gegrond was. Hij zuchte weer even. Flamelight kwam dichterbij en duwde zachtjes met haar hoofd tegen zijn schouder. Langzaam legde hij zijn hand in haar nek en begon zijn Merrie te strelen. Ze brieste zachtjes en Whiteshadow zijn hoofd kwam omhoog. De hond keek jaloers naar hem een Flamelight. Myron lachte zachtjes en knikte naar de hond die recht stond en ook naar hem toe wandelde. Met zijn andere hand begon hij dan ook de hond te strelen. Ah tenminste had hij deze twee nog. Nou ja Flamelight had hij wel al een tijdje. Whiteshadow was een gehele verrassing geweest. Zelfs voor hem. Maar nu was hij ook wel blij met het grote witte beest. Het was dan misschien geen wolf zoals zijn grootvader had gehad. Maar het kon er ook mee door. Hij lachte, luid op deze keer. Wat zou zijn grootvader zeggen wanneer hij hem zo zag? Hij kon er alleen maar naar raden want hij had de man nooit gekend. Hij kon wel raden wat zijn vader zou zeggen. ‘Ah ik zie dat je een broertje hebt! Precies een tweeling.” Met die grote lach van zijn vader die er dan wel weer bij hoorde voor zijn ogen, kon hij ook alleen maar lachen. Er was hier iemand die hem kende. Die zijn familie had gekend! Zou die persoon dan de enigste zijn of zouden er nog meer mensen zijn? Er waren al niet veel mensen die van zijn verleden afwisten. Er waren niet veel mensen die de naam van zijn vader zouden kennen. Misschien wel kennen, maar niet wetend dat het zijn vader was. Er waren zelfs nog minder mensen die wisten dat hij een halfbloed was. Maar één ding kon dat verraden en dat waren zijn witte haren. Flamelight ging weer verder grazen en Whiteshadow ging naast hem gaan liggen. Hij bekeek de hond eens goed. Het leek wel alsof Myron zijn grootsvaders ziel in zich had. Het was dan misschien niet zijn echte grootvader. Ze waren dan misschien niet verbonden door bloed. Maar familie ging niet alleen om de bloedband. Het ging om die onzichtbare band die je alleen maar kon voelen. De band die bijna onmogelijk was om door te snijden. Hij zuchte even… Ergens miste hij zijn oude huis nu. De warme stal, de regenachtige dagen. De streken die hij had uitgehaald. De namen die de bewoners hem hadden gegeven. De namen die hij en zijn vriendin hadden gedragen. Maar de bewoners hadden hen nooit gehaat. De bewoners hadden er altijd mee kunnen lachen en ja ze waren altijd bang geweest voor hun streken. Maar ze hadden dat geaccepteerd en ze hadden er mee kunnen leren leven. Als Vrouwe Scarlet ook zo’n streken uithaalde. Waarom lieten ze haar dan niet begaan? Waarom konden deze mensen dat dan niet accepteren. Waarom wilde ze haar veranderen? Konden zij er niet mee leren leven. Waarom konden zij er niet mee lachen? Misschien omdat ze het niet als een uitdaging zagen. Misschien omdat ze iets misten dat zijn oude dorp wel had gehad. Een vriendschap naar elkaar toe. Het kon de mensen van zijn vroegere thuis niet schelen waar je vandaan kwam. Wie je was, of hoe je er uitzag. Mensen waren mensen en die moest je helpen. ‘Denk altijd als je iemand ziet in nood of jij dat ook zou willen mee maken. Nee? Dan moet je die persoon helpen. Want diep vanbinnen zijn we allemaal het zelfde.” Zijn gouden ogen keken op naar de hemel. Misschien keken deze mensen teveel naar de verschillen en niet naar wat ze gemeen hadden. Hij zuchte weer en sloot zijn ogen. Als hij de kans zou krijgen, dan zou hij een dorp stichten. Een dorp zoals zijn vroegere thuis. Waar de mensen elkaar begrepen en waar iedereen welkom was. Waar de mensen konden lachen met geintjes. Waar dat ze voor elkaar zouden opkomen en niet weg rennen als bange hazen. Hij baalde zijn vuisten, hij had die kans niet en zou hem waarschijnlijk nooit krijgen. Het was een droom geworden, want zijn oude thuis was waarschijnlijk al lang vervaagt. Het was waarschijnlijk alleen nog maar een verhaal dat de wind met zich mee droeg. Waarvan die het verhaal wel vertelde, maar de mensen niet luisterden naar zijn woorden. De mensen waren zijn taal al lang vergeten. Toch probeerde hij nog altijd tot ze door te dringen. Misschien zou dat op een dag lukken. De dag wanneer er vrede zou heersen. Wanneer iedereen elkaar zou begrijpen. Dat was een prachtige droom die maar weinig mensen deelden.
Zijn ogen opende zich in een ruk toen hij de hoefslagen hoorde. De hond naast hem gronde en tegelijke tijd stonden ze in een ruk recht. De zwarte hengst die op hier was gekomen herkende hij meteen. Alleen had die nu zwarte gewaden aan. Hij herkende de typische gewaden… het waren de gewaden die werden gedragen op toernooien. De hengst zag er gevaarlijk uit. Toch voelde hij geen angst. Waar was vrouwe Scarlet? Die moest ook in de buurt zijn. Hij zag de zwarte ogen van de hengst. Het leek alsof de hengst hem wat duidelijk wilde maken. Toen verdween de hengst gewoon weer. Alsof die hier nooit was geweest. Afwezig keek Myron naar de plek waar de hengst was verdwenen. Die zwarte ogen wat wou dat beest hem vertellen. Dat hij weg moest blijven? De hengst was duidelijk niet blij geweest om hem hier aan te treffen. Dat was zeker. Maar hij viel Scarlet nu niet lastig. Was het dan iets anders dat het beest wilde vertellen? Maar wat? Myron schudde zijn hoofd. Misschien was het wel allemaal zijn verbeelding. Het beest was kwaad omdat hij zijn baasje lastig viel. Maar Als de hengst hem echt weg gewild had. Dan had die hem zo aangevallen! Zeker nu dat Vrouwe Scarlet er niet was. Hij had de bloeddorst van dat paard gevoeld de vorige keer. Maar nu leek die anders te zijn. Myron keek naar Flamelight die nu stil stond te wezen en naar hem staarde. Ook Whiteshadow leek te wachten op wat hij doen. Hij zuchte, man hij had eigenlijk geen zin om achter de hengst aan te lopen en Vrouwe Scarlet zo weer te ontmoeten. Niet omdat hij bang was. Maar hij had het graag wat anders aangepakt. Maar iets zei hem dat het beter was om de hengst toch te volgen. Hij zuchte en ontspande zijn spieren hij liep naar zijn spullen. Flamelight stond al klaar en met gemak zadelde hij de merrie op. Alles goed vast was hij klaar om de zwarte hengst te volgen. Natuurlijk was die al lang weer verdwenen en echte sporen zou het beest niet nalaten. Dus hij richtte zich tot de hond en ging op zijn hurken zitten. De hond kwam dichter bij. ”Kun je zijn spoor vinden?” Hij leek wel gek om zo tegen een hond te praten. Maar de hond begon te snuffelen en leek zowat meteen het spoor van de hengst te volgen. Myron lachte, had hij het eigenlijk wel moeten vragen. Hij steeg snel op en liet Flamelight de hond volgen. Hij vroeg zich nog altijd af of het wel een goed idee was om de hengst te volgen. Het was meer dan duidelijk dat Scarlet de pest aan hem had. Hij kon nu ook niet echt zeggen dat hij haar echt aardig vond. Maar hij kende haar niet en hij wilde zich niet laten leiden door de verhalen van de mensen. Neen hij wilde haar zelf leren kennen, leren wat haar probleem was en haar proberen te helpen. Maar het was duidelijk dat, dat moeilijk zou worden. Dat Vrouwe Scarlet zich had afgekeerd van de mensen. Niet moeilijk, met al die verwijtende blikken. Toch zou hij proberen om stap per stap dichter naar haar toe te groeien. Die muren proberen te breken die ze rond zich had en haar te bevrijden van de kooi die ze zelf rond zich had gebouwd. Hij zuchte, terwijl hij hier door deze verdorren plek reed. Het was vreemd, hij wist dat vuur kon verwoesten. Maar hij kon ook warmte schenken en licht. Voor de ene was vuur een vloek en voor de andere juist een geschenk. Hij zag het meer als een geschenk dan dat hij het als een vloek zag. Misschien omdat hij geloofde dat er in elk persoon ook wel een vuur brandde. Flamelight ging wat trager lopen en hij had zo een gevoel dat hij al wist waar dat hij Vrouwe Scarlet zou zien zitten. Whiteshadow was ook al weer naast hem en Flamelight komen lopen. Waarschijnlijk wist de hond nu ook wel dat hij zelf de weg wist. Even stopte hij, was het een goed idee. Zijn ogen verharde even en stonden vast beraden. Ah hij zou wel zien wat er zou gebeuren. Dus langzaam volgde hij het pad. Zijn gedachten ordenend. Hij zag de zwarte hengst al. Zou die aanvallend zijn? Zou de hengst toch bedoelt hebben dat hij weg moest blijven. Hij ademde eens rustig in en uit. Als de hengst dat bedoelt had, dan zou het beest hem dat wel duidelijk maken. En daar zag hij Vrouwe Scarlet ook al zitten. Hij liet Flamelight rustig wat dichterbij komen. Maar hij stopte toch op een meter of drie, vier van haar af. Zijn blik was meteen gericht op de bloedvlek dat op haar arm zat. Het was vers bloed en het leek er op dat de vlek alleen maar groter werd. Zijn blik gleed weer even naar de zwarte hengst. Had het beest dat bedoelt? Hij richtte zijn blik weer op Vrouwe Scarlet. Zijn gouden ogen stonden vriendelijk en ook wel bezorgt. Het was duidelijk dat ze een wonde had en dat maande hem zorgen. Langzaam opende hij zijn mond. Het leek er niet echt op dat Scarlet doorhad dat ze aan het bloeden was. ”je bent je er toch van bewust dat je aan het bloeden bent hé?” Hij zei het rustig. Hij probeerde zijn stem niet bezorgt te laten klinken en toch was er een lichte bezorgde ondertoon. Zijn blik gleed even naar het dorp dat hij maar voor een deel kon zien. Heel even werden zijn ogen wat afwezig. Maar dat was maar voor een paar seconden. Daarna richtte hij zijn blik weer op Scarlet. Hij kon niet geloven dat hij dit nu echt zou gaan zeggen. Maar toch deed hij het. ”Als je wilt kan ik het wel verzorgen.” Hij keek even naar het bloed. ”Als het niet verzorgd word kan het lelijk ontsteken.” Hij wachte rustig op een reactie...
[2000]
"The problem is...
If you don't risk anyting.
You risk even more!"

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Xxfp




Terug naar boven Ga naar beneden
Scarlet

Scarlet


Vrouw Aantal berichten : 272

personal info
Leeftijd: 21 years I'm already on this world fighting the rest.
Partner: So not, I'm love my freedom and will stay forever like that
Paard: My dangerous Bloodhunter brings me where I need to go

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Empty
BerichtOnderwerp: Re: I'm untamable, remember that ~ Myron   I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Emptyma sep 02 2013, 17:20

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 0qda
Ze bleef daar zitten terwijl haar groene ogen waren gefixeerd op het dorp. De zonnestralen schenen zwak op haar neer, alleen aan de zon kon je merken dat het herfst was, er waren hier namelijk geen bladeren die van de takken afvielen, waardoor in the burned forest, de afnemende sterkte van de zon de enige aanwijzing was. Ze had de hoefslagen van de hengst wel gehoord, maar had niet naar hem omgekeken. Haar gedachten namen haar mee, terug in het verleden. Terug naar de tijd toen ze nog geluk kende, toen de burgers nog vriendelijk tegen elkaar waren. Het was best vreemd hoe snel iemand in een paar jaar kon veranderen. De brand had haar hard gemaakt, vroeger hadden mensen voor de grap gesproken over haar als de rode duivel, maar toen ze weg was gegaan, had ze zich aangepast om te overleven, en ze was geworden waar iedereen voor vreesde. Haar moeder had altijd gezegd dat ze een goede huisvrouw zou worden, maar dat had ze verafschuwd, ze haatte het om binnen te zitten en allerlei klusjes te doen. Nee, dat was niks voor haar. Haar vader daarin tegen zei dan altijd dat ze een perfecte ridder zou zijn. Maar het was haar witte engel geweest die altijd gekscherend had gezegd dat ze een perfecte rode duivel zou zijn. Hij had gelijk gekregen. Ze was de rode duivel geworden. Nergens was een spoortje van spijt te vinden, ze was prima zoals ze was, en alleen de witte engel had dat begrepen. Als je haar wou veranderen, dan moest je wel met een heleboel meer aankomen dan met een paar over het zadel getilde ridders. Haar groene ogen vertoonde niks anders dan kilheid. De herinneringen hadden geef effect op de blik in haar ogen.
Ze voelde zacht de neus van Bloodhunter tegen haar linkerschouder aan, het teken dat er iemand aankwam. Ze knikte even, en de hengst ging weer recht staan. Ze draaide zich niet om, maar voelde wel zachtjes de trillingen in de aarde, het was duidelijk dat er iets groots aankwam, en veel zin om er achter te komen wie het was, dat had ze niet. Het duurde niet al te lang voordat de hengst waarschuwend bromde, het kwam deze kant op. Het zwaard lag nog steeds op haar schoot, zacht glinsterend. Een wolk kwam voor de zon te liggen, waardoor de schittering verdween. Als de persoon of het dier haar te veel zou ergeren, dan kon ze er op zweren dat er bloed zou gaan vloeien, dat was ze zeer zeker van. Bloodhunter schraapte even met zijn hoef over de grond heen en gooide zijn hoofd in de lucht, maar ze deed niks om hem tot stilte te manen. De wind speelde zacht met de losgeraakte plukjes uit haar vlecht. Ze hoorde nu duidelijk de hoefslagen, maar ze bleef zitten. Ze had niet de hoop dat de persoon haar voorbij zou rijden, mensen kwamen hier alleen met een doel, of een persoon die ze hier wouden vinden, de enige die zich zo lang in dit woud waagde, dat was zij. Ze voelde hoe de gewaden van Bloodhunter langs haar huid heen streek, de hengst was duidelijk op bloed uit, ze hield hem niet tegen. Het enige wat ze eigenlijk op dat moment was, was bloed zien vloeien, en degene die haar nu lastig zou vallen, zou helaas dat lot moeten ondergaan.
Het geluid stopte, en het was vlakbij, ze kon maar één iemand bedenken die hier op dit moment op zou duiken, bij haar, de snob. Haar irritatie groeide, maar dat was niet zichtbaar, haar blik was nog steeds gefixeerd op het dorp. De mensen waren niet vriendelijk, en hadden haar nooit gemogen, ze was altijd een buitenstaander geweest. Het liefst wou ze dat het dorp met de grond gelijk brandde, maar dat zou weer zoveel levens kosten. Niet dat de mensen in het dorp totaal onschuldig waren, nee verre van dat. Ze was niet aan hun gehecht, maar het was toch moeilijk aan anderen uit te leggen dat ze het liefst wou dat het dorp afbrandde. Want als het dan echt gebeurde, dan zou zij worden verdacht. Ze veegde de gedachten weer weg uit haar hoofd. Bloodhunter gooide even zijn hoofd in de lucht, wat wel duidelijk maakte, dat haar vermoedens juist waren, het was de snob. Ze kon de bloeddorst zien in de ogen van de zwarte hengst, maar die deed nog niks. Ze zou hem niet tegen houden als de hengst iets zou gaan doen, van haar mocht hij. Hoe het ook zou gaan, er zou bloed vloeden vandaag. ”je bent je er toch van bewust dat je aan het bloeden bent hé?” zei opeens een stem, het was die van de snob. Ze was verbaasd dat ze iets van bezorgdheid in zijn stem hoorde, waarom maakte die gozer zich zorgen over haar gezondheid? Nu wist ze wel wat het doffe geklop in haar zwaardarm was. Niet dat het haar wat uitmaakte, nog een litteken erbij, ze had er toch al genoeg, het maakte haar niet meer uit. Zij had haar taak gedaan, iets wat moeilijk was te zeggen van andere personen, zoals de baron, maar ze verweerde zich niet. Ze keek niet eens naar hem om, ze wist toch wel dat hij het was. Voor een tijdje was het stil, ze hield van de stilte die er heerste in the burned forest, omdat het zo anders was dan normale stilte, hier was stilte echt stilte, zonder dat er het geroep van vogels klonk, of van vallende blaadjes, dit was stilte. .
”Als je wilt kan ik het wel verzorgen.” Het leek er even op dat de snob een klap op zijn kop had gehad, niemand hielp haar, en ze had er ook geen behoefte aan. Hij was gek dat hij het notabene voorstelde. Ze zei nog niks, ze had nog steeds niet bewogen. ”Als het niet verzorgd word kan het lelijk ontsteken.” Alsof zij dat zelf niet wist. Maar ze reageerde niet. Ze hoorden de geluiden achter zich wel, de snob was blijkbaar afgestegen. Het vuur in haar wakkerde weer aan. Zij was niet zwak, en dat zou ze laten zien ook. Ze hield er niet van als mensen haar onderschatte, alleen maar omdat ze een vrouw was, de mannen van gisteravond hadden dat ook moeten berouwen, met hun leven. Opnieuw onderschatte de snob haar, en dit keer had ze er genoeg van, bloed zou gaan vloeien. Bloodhunter gooide opnieuw zijn hoofd in de lucht en hinnikte even schril, de hengst had zich al omgedraaid naar de snob en zijn dieren, en steigerde toen hoog. Opeens kwam ze overeind, zonder enige moeite, ze stond nog steeds met haar rug naar hem toe, haar zwaard in haar rechterhand, waar langzaam bloed zich verder over haar rechterarm verspreidde. Ze hoorde achter zich ook gesis, ze was er klaar mee. Dit zou hier eindigen. Ze draaide zich om en keek naar de snob. Een lichtstraal viel op het zilveren vogeltje om haar hals, haar groene ogen gaven geen enkele emotie meer weer, alsof hij tegen een levende dode vocht. Ze liet het zwaard even ronddraaien in haar hand, en viel toen aan, soms moest je niet wachten totdat de vijand begon, maar zelf aanvallen. En zij was nogal temperament vol, en had er genoeg van dat mensen haar zo behandelde, niet dat dat in haar ogen te zien was.
Met luid geschraap troffen de zwaarden elkaar. De snob was snel, maar hij zou niet snel genoeg zijn. Haar zwaard flitste heen en weer, maar de ridder wist ze allemaal tegen te houden. Opnieuw voelde ze iets bekends, deze slagen, ze wist hoe ze werkten, net op tijd kon ze een houw van hem ontwijken. Deze manier waarop de snob vocht, die kende ze. En de snob leek bijna al voordat zij het wist te weten wat ze ging doen. Opnieuw klonk er een doffe klap toen de zwaarden elkaar troffen. Het was lang geleden dat een gevecht meer van haar vroeg. Ze voelde de pijn in haar bovenarm groter worden, maar negeerde het. Het was maar goed dat ze toch de maliënkolder aan had gedaan, het beschermde haar tegen de klappen die ze niet kon blokkeren, De bloedvlek op haar kleding werd steeds groter. Vanbinnen was ze geïrriteerd, maar van buiten liet ze niks zien. Dit moest ze anders aanpakken, de standaard aanvallen van de krijgsschool waren hier niet echt toereikend, vroeger was het makkelijker geweest om te vechten, maar toen had ze haar instinct het roer over laten nemen. Dat zou nu het enige kunnen zijn wat haar hier uit kon halen. Niet lang duurde het voordat ze weer op haar instinct vertrouwde, de ridder vocht goed, duidelijk beter dan elke andere ridder die ze tot nu toe tegen was gekomen, maar of het goed genoeg was? Haar groene ogen boorden zich in zijn gouden ogen, en ze zag de houw van de zijkant aankomen. Dit was haar kans, ze dook onder de slag door, en stond toen achter hem, het blad van haar zwaard lag op zijn keel, dit deed haar herinneren aan haar witte engel, ze had hem toen ook altijd op die manier overvallen als hij eens vanuit de zijkant uithaalde. Meestal had ze hem dan weer lachend losgelaten en hadden ze weer verder gevochten met hun houten zwaarden, maar dit was anders. Dit was geen spelletje, dit was de bittere realiteit. Niet dat dit gevecht lang had geduurd, hoogstens iets meer dan een minuut. Ze zag hoe een druppeltje bloed over het blad heen gleed, het bloed was afkomstig van de snob, het blad had een klein wondje in zijn hals gemaakt. ”Ik hoef geen hulp” siste ze in zijn oor, ze wist dat hij op dit moment weinig kon doen. Als hij zich zou bewegen, zou haar zwaard er een einde aan maken. Bloodhunter stond achter haar, voorkomend dat de hond of het paard van de ridder bij hun konden komen. De hengst was uit op bloed, dus als de dieren aan zouden vallen, dan zou je er je leven om kunnen verwedden dat de hengst bloed zou doen vloeien, ze had namelijk al de andere ijzers op zijn hoeven laten zetten, ijzers met haken, zodat zijn hoeven beter contact maakte met de grond, of met de huid van de aanvaller. De hengst gooide zijn hoofd hoog in de lucht en hield Scarlet en Myron uit het zicht van Flamelight en Whiteshadow.
Ze keek naar hem. Elke man werd een lafaard zodra ze de dood in de ogen keken, of zodra ze verslagen werden door een vrouw. Ze zou hem met één houw kunnen onthoofden, maar dat deed ze niet, hij was het niet waard. Haar zwaard had zijn bloed gehad, maar het was wel duidelijk dat het eigenlijk wel meer wou. Maar toch, ze deed het niet. Nu ze zo dicht achter hem stond, deed het haar herinneren aan de laatste keer dat zij en de witte engel serieus hadden gevochten, toen waren ze ook zo geëindigd. Even zweeg ze, haar zwaard bleef tegen zijn keel aanstaan. De bloedvlek op haar arm was groot geworden, maar ze gaf er niet om. Eigenlijk had ze genoeg van het spelletje dat elke ridder met haar speelde, het gaf haar geen uitdaging meer, het maakte haar eerder boos, en dan werd ze gevaarlijk. Ze dacht even na, maar zei niks meer. Toen opeens haalde ze het zwaard van zijn keel af, het bloed had geen sporen na gelaten. Ze stopte het terug in de schede en draaide zich toen om, de zwarte mantel volgde haar. Ze liep terug naar Bloodhunter en zwaaide zich met gemak op de rug van de hengst. Ze pakte de teugels vast en gaf de hengst de sporen. De hengst reageerde niet meer op de andere twee dieren en gehoorzaamde zijn ruiter. De hengst sprong direct weg, zonder nog een ogenblik aandacht te besteden aan de rest. Haar mantel wapperde zacht achter haar aan, de wind speelde zachtjes met haar rode haren. Ze wist niet waarom ze hem niet had vermoord, hij deed haar aan iemand herinneren, dat was waarschijnlijk de enige reden dat hij nog leefde. Maar geen enkele emotie was doorgedrongen in haar ogen, ze was een gesloten boek.
De hengst galoppeerde met grote passen verder, de bomen schoten voorbij. Door de gewaden leken ze er groter uit te zien. En dat vond ze best. Ze galoppeerde the burned forest uit. Het was maar goed dat ze van de baron een week vrij had gekregen, onder het mom van voorbereiden voor het toernooi, maar het was meer zodat de snob haar beter kon temmen, wat dus zo niet ging lukken. Maar toch vond ze het zo beter. De mensen stoven uit elkaar toen ze het dorp binnen reed, de mantel verborg de wond en de bloedvlek op haar arm. Ze zag de angst wel in de ogen van de mensen, maar het deed haar niks. Beter gevreesd worden, dan overgelopen te worden. Ze liet de hengst iets zachter gaan toen ze op het plein kwam, er waren een heleboel mensen op het plein, meer dan normaal. Ze zag de twee mannen van gisteravond, ze waren vastgebonden op het schavot, het was duidelijk dat ze schuldig waren bevonden. Bloodhunter zijn hoeven klonken luid op de stenen, en de mensen keken om. De twee mannen keken op toen ze het geluid van hoeven hoorde, aangezien de stilte voor een deel was neergedaald op het plein. Ze zag hoe hun ogen groter werden toen ze haar zagen, niet dat het haar uitmaakte. ”De rode duivel, ze komt ons halen!” riep de man angstig uit, vlak voordat de beul de man onthoofde. Ze deed niks, ze zag wel hoe de burgers naar haar keken. Zacht gaf ze Bloodhunter de sporen de hengst stapte rustig verder, de mensen weken voor haar opzij. Het duurde niet lang voordat ze het plein over was, ze zag hoe de nadere man naar het schavot toe werd geleid. De hengst begon weer te galopperen toen daar de ruimte voor was, ze schoten door de straten heen, totdat ze thuis waren. Ze liet zich uit het zadel glijden er ging een pijnscheut door haar arm heen, maar ze besteedde er geen aandacht aan. Ze leidde de hengst de stal in, en begon de gewaden los te maken, dat ging zo veel sneller dan ze vastmaken. Ze borg de spullen weer op en liet de hengst los in de kleine wei die achter het huis zat. De zwarte hengst gaf een lage bok en draafde toen door het gras heen. Zelf liep ze terug naar het huis en ging naar binnen. Zonder ergens naar te kijken liep ze naar haar kamer toe. Het duurde niet lang voordat ze zich had ontdaan van de maliënkolder en de bebloede kleding. Ze keek naar de wond, wat er niet al te best uitzag. Ze trok andere kleding aan, en bond een reep strak om de wond heen, zodat de wanden tegen elkaar gedrukt zouden worden. Dan zou het vanzelf wel ophouden met bloeden. Ze liep terug naar beneden en ging lui op de bank liggen terwijl ze haar ogen sloot, het duurde niet lang voordat ze in slaap viel. Ze had al veel bloed verloren, en dat zou nog meer worden. Tijd geneest niet alle wonden, het laat alleen anderen denken dat je niet meer gebroken bent.

When you look in her green eyes,
You see nothing anymore,
No pain, no love
Just darkness, to kill you..


2587 woorden.

~ heb toestemming van Myron om hem te bespelen. ~
I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Uq82
Terug naar boven Ga naar beneden
Myron

Myron


Man Aantal berichten : 212

personal info
Leeftijd: 21,5 I'm still young, but how long have I to live?
Partner: I'm not sure what love is. But when I find her, I will fight for it.
Paard: Flamelight

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Empty
BerichtOnderwerp: Re: I'm untamable, remember that ~ Myron   I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Emptyzo sep 08 2013, 11:14

I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Evvw


Bloed droop langzaam over zijn nek. de snee dat haar zwaard had achtergelaten was niet diep. hij voelde het nauwelijks. Ze was al een tijdje verdwenen. Maar voor zijn ogen had ze nog altijd vorm. Die kleine rode vonk. Waarom had ze het niet gewoon afgemaakt? Was het omdat ze had geweten dat hij niet in zijn volle kracht had terug gevochten. Hoe kon hij ook? Hij zuchte langzaam. Voor een keer dat hij vriendelijk probeerde te doen.... Een kleine glimlach vormde zich op zijn lippen. Het plan dat hij had, gehad zou niet gaan werken. Dus zou hij gewoon over moeten stappen naar een ander plan. Maar welk? Had hij eigenlijk wel een ander plan? Daar had hij niet over na gedacht. Waarom had ze hem niet vermoord? Wat had haar tegen gehouden. Hij had geen kik gegeven. Zijn spieren hadden zich in dat moment zelf ontspant. Hij had geen angst om te sterven. Hij had geen angst om dit leven te verlaten. Waarom, wat had hij te verliezen? Zoveel maar tegelijke tijd had hij niets. Zijn dromen misschien, zijn hopen. Maar die zouden worden doorgegeven aan anderen. Jongeren en misschien ook wel ouderen die ze zouden kunnen vervullen. Zo als hij al wist waren die dromen en hopen lastig om te dragen. Sommige dagen werden zijn schouders zwaar, kon hij wel in elkaar zakken. Maar had iemand het ooit gemerkt? neen want hij verborg het. Hij hield zich sterk en vocht tegen de zwarte kant van zich zelf elke dag. Leonoor had geholpen om zijn blik te verruimen. Maar er was nog zo veel dat verborgen lag in de schaduwen van zijn binnenste. daarom was hij niet bang om te sterven. Omdat dat alle schaduwen zou doen verdwijnen. Maar de mensen zagen die schaduwen niet, hij bleef ze verbergen. Al wat de mensen zagen was... Hij zuchte en Flamelight drukte haar neus tegen zijn schouder. Hij lachte weer, en streelde haar zachtjes. Whiteshadow stond wild te grommen naar de plek waar Scarlet was verdwenen. Wat nu? Hij lachte weer. Scarlet, ze had haar laten gaan, ze had haar frustratie op hem afgewerkt. Hij was helemaal niet boos, of gespannen. Hij had geen angst. je kon bijna zeggen dat hij leeg was. maar hij was juist gelukkig. Scarlet had haar laten gaan en dat was juist wat hij wilde; Misschien had hij het niet nu en hier verwacht. maar dat was wel waar hij voor diende. Hij had haar willen helpen en zij had hem afgewezen. Waarom? Waar was ze zo bang voor? Wat verstopte ze achter haar masker? Wie of wat was ze verloren dat ze zo deed? Hij schudde langzaam zijn hoofd en alle gedachten begonnen weer te verdwijnen. Zijn ogen schitterde en hij zelf voelde zich gelukkig. Hij was een stap dichter bij. Zou ze denken dat het nu over was? Hoe zou ze zich nu voelen? Hij kon er alleen maar naar raden. Ze mocht hem aanvallen dat had hij gezegd. hij had haar gewaarschuwd dat ze niet van hem af zou raken. Ook al schuurde ze hem in stukken. Hij had de waarheid gesproken. Misschien zou een andere ridder het nu laten afweten. Maar voor hem was dit nog maar het begin. Whiteshadow kwam naast hem staan. Hij streelde het beest eens achter zijn oren en stak zijn zwaard weer in de schede. Daarna ging hij haan zitten en zuchte. Wat nu? Wat nu? Wat was de volgende stap die hij moest nemen? Welke stap kon hij nu nemen. Hij kon haar achter na gaan... haar beginnen uit te schelden, beginnen te stalken. Maar hij voelde geen haat of razernij en dat was niet zijn stijl. trouwens als hij dat deed was hij net zoals de rest. Waarschijnlijk dacht ze dat ook. Maar hij was niet zoals de rest en hij zou het ook nooit worden. Hij zuchte nogmaals, misschien was Scarlet het probleem helemaal niet. Hij had belooft het probleem aan te pakken en dat was hij ook van plan. Maar hoe? Wat kon hij doen om de mensen te laten inzien… Hij moest toegeven vrouwe Scarlet was geen kat om zonder handschoenen aan te pakken. Maar hij wist wel, dat ze haar werk deed. Goed deed zelfs, dus waarom had de baron dan zo’n probleem met haar? Misschien was hij bang voor haar, misschien wilde die man zelfs wel van haar af. Maar dat kon hij niet doen, want dan was hij een goede ridder kwijt. Myron gromde even, die lafaard. Als dit alles over was zou die misschien ook wel wat gaan mee maken. Het kon hem niet schelen al was hij de koning van dit land. Als hij een probleem had, moest hij het maar zelf aanpakken. Myron deed dit niet voor hem. Nog minder voor de mensen hier. Hij deed dit voor Baron Rinaldo en nog meer voor Scarlet. Er was iets met haar, iets dat hij kon voelen. Maar niet kon zien. Hij sloot zijn ogen even, om zijn gedachten de vrije loop te geven. Hij moest een plan bedenken, één die zou werken. Wat wist hij nu al allemaal. De mensen hadden een probleem met vrouwe Scarlet, omdat die streken uithaalde. Daar was hij zeker van. Maar dan hoefde vrouwe Scarlet niet perse getemd te worden. Hij moest mensen niet veranderen, niemand moest dat doen. Iedereen had het recht om zich zelf te zijn. Maar hoe kon hij het nog oplossen? Als mensen last van iemand hadden dan kon dat maar door twee dingen worden opgelost. Eerst de lastpost een halt toe roepen. Wat hij hier nu echt niet van plan was te doen. Ten tweede was dat er iemand kwam waar de mensen nog meer last mee hadden dan eerst. Hij glimlachte en was dat nu niet de perfecte job voor hem? Ja als de mensen last van Scarlet hadden, dan moest hij er gewoon voor zorgen dat ze nog meer haat hadden tegen over iemand anders. Hij wist precies hoe hij dat moest klaar spelen.
Langzaam stond hij op. Dat was de oplossing. Hij moest niet verder zoeken. Nu moest hij alleen het plan uitwerken en natuurlijk zorgen dat hij niet gesnapt werd. Maar dat zou niet moeilijk worden. Zijn blik gleed over het dorp heen en ook over de weiden die er omheen lagen. Zijn blik viel op de kudde schapen en een kleine glimlach vormde zich weer rond zijn lippen. Dit was perfect. Hij zou er voor zorgen dat de mensen blij zouden worden met de streken die vrouwe Scarlet uithaalde. Hij zou ze laten afzien. Maar wel zou dat ze er niet achterkwamen dat hij het was. W.E zou terug komen uit het as van een vroeger verleden. Hij streelde Whiteshadow eens over zijn neus. ‘Het komt allemaal wel goed!’ Dacht hij in zich zelf. Hij had een geweldig idee en steeg op. Hij draaide Flamelight om en hij liet haar in draf terug door het woud heen lopen. Whiteshadow liep rustig mee. Het enigste wat hij nodig had was wat zwarte en rode verf. Maar hij kon dat niet kopen, anders was hij er meteen al aan. Neen hij zou dit spel leuk spelen. Hij liet Flamelight even stoppen en steeg weer af. Hij gleed met zijn hand over de grond. Natuurlijk was zijn hand zwart… Hij lachte even en haalde een paar potjes uit zijn zadel tassen. Normaal gezien om eten in op te bergen. Maar voor nu zouden ze dienen op de zwarte assen van de grond op te bergen. Daarna reed hij rustig door naar de weide waar de schapen liepen. Hij zuchte even. Er was helemaal niemand in de buurt en toch. Toch zorgde hij er eerst voor dat niemand het zou herkennen. Hij zorgde er voor dat Flamelight en Whiteshadow uit het zicht bleven. Hij zorgde er voor dat zijn haar kort leek en zwart. Daarna keek hij vermoeid naar de schapen. Het zou een lange dag worden. Maar hij had het er wel voor over. Hij kende Scarlet nauwelijks. Hij kon niet echt zeggen dat hij een echte vriend van haar was. Waarschijnlijk haatte ze hem wel. Toch zou hij dit doen voor haar. Omdat dat zijn job was. Hij moest het doen. Hij kon haar niet in de steek laten. Ook al had ze hem aangevallen. Misschien was het ook wel gewoon om de baron te pesten en omdat hij er zin in had. Hij sprong over de omheining en liep rustig op het eerste schaap af. Het beest keek hem schaapachtig aan. Het gras in zijn mond zachtjes kauwend. Hij had verwacht dat het beest weg zou lopen. Maar deze schapen waren mensen gewend. Hij kon het beest rustig strelen. Dus ging hij aan het werk. Hij smeerde het beest vol met de zwarte as. Letters vormde hij maar met zijn bloed. Aangezien hij geen rode verf bij zich had. De tijd ging langzaam en het was een lastig karwei. Ook bond hij de schapen met letters vast zodat ze op de juiste plaats zouden blijven staan. Dan konden de mensen zijn bericht ontvangen. Konden ze beginnen te beven. Sommige schappen liet hij los lopen. Andere schoor hij dan half kaal en verbrande de wol. Maar hij vermoorde er geen. Neen dat kon hij die beestjes niet aan doen. Alle postjes met as waren binnen de koste keren uit. Maar zijn bericht was er. Hij keek naar de schapen, half kaal, zwart, met bloed besmeurt en los. De mensen van het dorp zouden gek worden. Er verscheen een valse lach op zijn gezicht. Dit was nog maar het begin. Meeste mensen zouden dit niet eens aandurven. Maar hij zou nog veel verder gaan en hij zou er totaal geen probleem mee hebben. Het bericht was simpel. ”Dark is not always bad and light is not always good. Be careful because your nightmare will come true W.E” Het was simpel en waar. Misschien zouden de mensen nu eens beginnen na te denken. Ze moesten Scarlet hier de schuld niet van geven. Want nu zouden ze weten dat er nog iemand anders was. Misschien zou het in het begin raar zijn. Maar Scarlet zou wel sneller met rust gelaten worden. Trouwens ze zouden haar missen. Snel en soepel sprong hij ever de omheining en maakte dat hij weg kwam. Hij zorgde er voor dat alles terug normaal aan hem was. Niets van zwarte as, geen bloed, geen haar. Helemaal niets. Daarna reed hij rustig terug naar het dorp. Niemand had nog wat door. Maar hoe lang kon het duren voor dat ze zo iets ontdekten? Sommige mensen begroete hem vriendelijk en lachten ook naar hem. Hij begroete hen terug met een vriendelijk glimlach. Wachtend op het moment dat er iemand al lopend door de straat het nieuws zou verspreiden. Het had hem veel werk gekost en toch kon je zeggen dat het een kleinigheid was. Iets dat nog niet zo erg was. Maar het was de perfecte kunst om een heel spel te beginnen. Hij reed rustig terug naar de herberg en verzorgde Flamelight extra goed. Whiteshadow kreeg een wel verdiende maaltijd en hij maakte wat praatjes met mensen die in de herberg zaten. Ook met de herbergier. Hij vroeg de man of die niet wat klusjes had voor hem. Maar de zei dat alles in orde was. Dus ging hij maar buiten wat op het terras zitten. Eigenlijk verveelde hij zich dood. Thuis zou hij nog klusjes hebben gehad. Maar nu had hij helemaal niets te doen. Scarlet zou hij voor nu met rust laten. Hij zou eerst kijken hoe dit plan liep. Natuurlijk zou hij wel in de buurt blijven en tijdens het Toernooi zou hij ook aanwezig zijn. Maar ondertussen zou hij de boel ook op stelten zetten. De witte engel was terug. Niemand kende hem hier, alleen die vrouw. Maar hij vertrouwde er op dat die vrouw hem niet zou verraden. Verder moesten deze mensen zich maar voor berijden. Want hij was dan een witte engel. Wat hij deed was duivels.
Zijn rust werd verstoord door een man die schreeuwend over de straat liep. Hij verstond nauwelijks wat de man zei. Maar hij wist waar de man het over had. Hij wist dat die man de schapen had gevonden. Net als de rest van de mensen keek hij verbaast op. Mensen omringden de man en vroegen wat er aan de hand was. Myron stond rustig op en de mensen lieten hem door. Hij lachte vriendelijk naar de man. Waardoor die wat rustiger leek te worden. Hij hoorde de mensen murmelen. Hij hoorde ze fluisteren. Maar zijn concentratie was gericht op de man. Die een beetje op adem begon te komen. ”Wat is er aan de hand?” Vroeg hij rustig. Iedereen werd meteen stil. De man keek hem recht aan. Draaide zich dan om en wees naar de kant waar de weide stond. ”Heer u moet komen kijken. De schapen… H.. Het is.” het leek alsof hij niet verder kon praten. Dus klopte hij de man rustig op zijn schouder. Hij lachte de man bemoedigend toe. Hij liep door de straten achter de man aan. Sommige mensen waren mee gekomen anderen waren blijven staan. Daar was het, zijn werk. Het was een prachtig gezicht. Daarnet had hij niet veel tijd besteed om er naar staan te kijken. Maar nu zag hij hoe goed het eigenlijk gelukt was. Het bericht dat, dat met bloed op de schapen was geschreven stak goed af. Zeker nu de zon er op scheen. Hij had kunnen lachen om de reactie van de mensen. Maar hij bleef stil en draaide zich dan om. ”Ik denk dat het beter is als jullie dit melden aan de baron van dit leen.” Sprak hij rustig. De mensen knikten. Hij was niet van hier en dat wisten ze. ”verder zou ik er voor zorgen dat u de loslopende schapen terug krijgt.” Zei hij tegen de man. Die knikte. Daarna boog hij even en trok zich terug. De reactie van de mensen was precies zo geweest als hij verwacht had. Mensen waren zo simpel om te lezen. Nu was het echt begon. Nu zouden ze het ook gaan krijgen. Geruchten zouden de ronde gaan. Scarlet zouden ze voor even vergeten en als hij zo door bleef gaan. Dan zou hij misschien ook makkelijker in de buurt van vrouwe Scarlet kunnen komen. Het enigste wat zeker was: Dat dit nog maar het begin was.
[2400XD]
"The problem is...
If you don't risk anyting.
You risk even more!"

"Topic uit! ):"
I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Xxfp




Terug naar boven Ga naar beneden
Gesponsorde inhoud





I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Empty
BerichtOnderwerp: Re: I'm untamable, remember that ~ Myron   I'm untamable, remember that ~ Myron - Pagina 2 Empty

Terug naar boven Ga naar beneden
 
I'm untamable, remember that ~ Myron
Terug naar boven 
Pagina 2 van 2Ga naar pagina : Vorige  1, 2
 Soortgelijke onderwerpen
-
» When swords cross, lord Myron..
» The fire has to be tamed my friend ~ Myron
» The time of the end has come, so we fight till the end ~ Myron
» A new way, don’t betray me or I will kill you. ~ Myron, (Baron Rinaldo)

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
 :: Knights :: Burned forest-
Ga naar: